Tekststructuren les 2

Ga zitten volgens de plattegrond
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Ga zitten volgens de plattegrond

Slide 1 - Slide

Geen leesboek?
Zoek op je laptop naar de volgende info voor je pitch:
-info over de schrijver (heeft het boek autobiografische elementen+ is dit boek vergelijkbaar met andere boeken van de schrijver?)
-genre + thema
-recensies (wat vonden andere mensen van het boek)
-hebben andere mensen analyses van het boek gemaakt waar je iets aan hebt?
 
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Hij ... (antwoorden) wel, maar waarom ... (antwoorden) jij niet?
A
antwoord, antwoord
B
antwoordt, antwoord
C
antwoordt, antwoordt
D
antwoord, antwoordt

Slide 3 - Quiz

Wat word/wordt je gevraagd?
A
word
B
wordt

Slide 4 - Quiz

Vera antwoorde/ antwoordde dat hij het ook niet wist.
A
antwoorde
B
antwoordde

Slide 5 - Quiz

Het gebeurt/gebeurd nog wel eens dat er in dat land iemand wordt ontvoert/ontvoerd.
A
gebeurt/ontvoert
B
gebeurd/ontvoerd
C
gebeurt/ontvoerd
D
gebeurd/ontvoert

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Tekststructuren

Slide 8 - Slide

Leerdoel
Je kan de globale structuur van een tekst herkennen.

Slide 9 - Slide

Deze les
uitleg met quizvragen
zelfstandig tekst 2 (en 3) lezen + analyseren
nakijken paragraaf 2 en 4
afsluiting

Slide 10 - Slide

Weet je het nog?

Slide 11 - Slide

uiteenzetting
betoog
beschouwing
overtuigen
informeren
opiniëren
stelling met argumenten
uitleg over een onderwerp
vraag, verschillende experts

Slide 12 - Drag question

Stappenplan
Bij stap 2: lees hier al de hele tekst!


Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Welke tekststructuur bevat oorzaken en gevolgen voor een probleem?
A
verklaringsstructuur
B
probleem-oplossingstructuur
C
oplossing-probleemstructuur
D
oorzaak-gevolgstructuur

Slide 15 - Quiz

Welke tekststructuur heeft een typisch betoog?
A
aspectenstructuur
B
argumentatiestructuur
C
verleden-heden(-toekomst)structuur
D
vraag-antwoordstructuur

Slide 16 - Quiz

Welke tekststructuur kan een typische beschouwing hebben?
A
aspectenstructuur
B
argumentatiestructuur
C
verleden-heden(-toekomst)structuur
D
voor- en nadelenstructuur

Slide 17 - Quiz

Welke tekststructuur heeft een uiteenzetting NIET?
A
aspectenstructuur
B
argumentatiestructuur
C
verleden-heden(-toekomst)structuur
D
verklaringsstructuur

Slide 18 - Quiz

pagina 26-27, tekst 1
Samen lezen
Bepaal: inleiding, kern, slot
deelonderwerpen in kern (schrijf in kantlijn)
onderstreep de belangrijkste zinnen/woorden
Omcirkel signaalwoorden + woorden die wijzen op structuur
Zoek woorden die je niet kent op
Doe stap 4 van het stappenplan.

Slide 19 - Slide

pagina 28, tekst 2
Zelfstandig lezen in stilte
Bepaal: inleiding, kern, slot
deelonderwerpen in kern (schrijf in kantlijn)
onderstreep de belangrijkste zinnen/woorden
Omcirkel signaalwoorden + woorden die wijzen op structuur
Zoek woorden die je niet kent op
Doe stap 4 van het stappenplan + maak opdracht 3
timer
15:00
Klaar? doe hetzelfde bij tekst 3 (opdr. 4) + nakijken
(nakijkboekje in Classroom)

Slide 20 - Slide

Wat hebben jullie deze les geleerd?

Slide 21 - Open question