Kapitel 2 Mahlzeit

vertaal het woord: aardappel
A
kartoffel
B
kartofel
C
Kartoffel
D
Kartofel
1 / 14
next
Slide 1: Quiz
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

vertaal het woord: aardappel
A
kartoffel
B
kartofel
C
Kartoffel
D
Kartofel

Slide 1 - Quiz

vertaal het woord: lepel
A
loffel
B
Loffel
C
löfel
D
Löffel

Slide 2 - Quiz

Fleisch schneide ich mit einem.....

Slide 3 - Open question

vraagwoord:...............geht es ihr?

Slide 4 - Open question

vraagwoord: ...........Telefoonnummer hast du?
A
was
B
welche
C
warum
D
wann

Slide 5 - Quiz

vertaal: kaas
A
kase
B
Käse
C
Kase
D
Kese

Slide 6 - Quiz

wanneer schrijf je een hoofdletter?

Slide 7 - Open question

hoe schrijf je 16?
A
seszehn
B
sechszehn
C
sechzehn
D
sechszen

Slide 8 - Quiz

hoe schrijf je 17?
A
ziebzehn
B
siebenzehn
C
siebzehn
D
siebzenh

Slide 9 - Quiz

welke Duitse vraagwoorden ken je?

Slide 10 - Open question

vertaal soep
A
supe
B
Soeppe
C
suppe
D
Suppe

Slide 11 - Quiz

Hoe schrijf je ontbijt in het Duits?

Slide 12 - Open question

vertaal: het middageten met lidwoord
A
Mittagessen
B
das mittagessen
C
das Mittagessen
D
das Mitagessen

Slide 13 - Quiz

Hoe schrijf je avondeten in het Duits met lidwoord

Slide 14 - Open question