G1D Unité 3 leerdoelen week 11 + 12

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Semaine 11 + 12

Deze les is voor 2 weken

Nog steeds niet gedaan test ww op -er op Socrative:

Ian, Maysa, Mees, Rivano (niet af), Luc, Neslihan, Sam, Khalil, Joakim, Jasmijn, Madelief, Tilly, Josua, Dina (niet af)

Jullie Roomname: G1D20202021

Dit was het huiswerk van week 9 en 10
Leren apprendre 6 tm 9 (+ herhalen 1 tm 5)

werkwoorden op -er

herhalen être, avoir

maken blok Parler + Ecrire opdr 24 tm 28

Niet af Blok Parler - status 21 maart

Mees, Madelief, Luc, Neslihan, Faben
Jasmijn en Josua: vanaf Grammaire II niet
Ilias en Joakim : vanaf opdr 20 niet/slaan opdrachten over

Niet af Blok Ecrire (week 11) - status 21 maart
Ian, Mees, Luc, Sam, Joakim, Faben, Tilly, Jasmijn,

Madelief, Lara, Neslihan, Sam, Georgina, Pepijn, Ilias, Khalil, Joakim

Maak & Leer voor week 11 + 12

Week 11:

• Blok Ecrire: Edition 3.7 afmaken (werkboek tm oef 29 blz 105)
• Blok Lire Extra (kies uit 1, 2 of de 3 ster opdrachten)

Ga hiervoor in Edition terug naar het Blok ‘Lire’. Klik op Menu au choix. Maak bijv. deze opdrachten: *M.1 tm M.7 (= werkboek de 1-ster opdrachten op blz 112).

Of ga verder met de 2-ster opdrachten: in Edition is dat **M.1 tm M.8)

en tot slot de 3-ster opdrachten M1 tm M7. In je werkboek vind je die op blz 112

Week 12:

• Grammaire I Extra en II Extra
• Leren: Je leerlijst!

de zomer

in de zomer

de herfst

in de herfst

de winter

in de winter

l'été

en été

l'automne

en automne

l'hiver

en hiver

VRAAGWOORDEN

Comment

Combien de

Où

Qui

Quel

Quand

Pourquoi 

Parce que

Hoe

Hoeveel

Waar

Wie

Welke / Wat

Wanneer

Waarom

Omdat / Daarom

de zomer

in de zomer

de herfst

in de herfst

de winter

in de winter

l'été

en été

l'automne

en automne

l'hiver

en hiver

VRAAGWOORDEN

Let op:

'Est-ce que' betekent in het Nederland niets.

Het is een vraagvoorvoegsel die je kunt plaatsen voor een zin

(Est-ce que) tu aimes le sport?

(Est-ce que) tu préfères les olives?

(Est-ce que) tu détestes les maths?

'Est-ce que' kún je voor de vraag plaatsen maar je kunt het ook weglaten! Gebruik dan wel je stem om het als een vraag te laten klinken!

Verschil        'Est-ce que' en 'Qu'est-ce que'

'Est-ce que' betekent eigenlijk niets en geeft alleen maar aan 'er komt een vraag'

'Qu'est-ce que' betekent 'wat':

Qu'est-ce que tu dis? - Wat zeg je?

Qu'est-ce que tu fais? - Wat doe je?

Qu'est-ce que tu préfères? - Wat heb je liever?

Ontkennende zinnen

met 'niet / geen'

Ne/n' + pas = niet/geen

'ne/n' vóór het werkwoord, en 'pas' achter het werkwoord

Je ne suis pas                              - ik ben niet/geen

je n'ai pas                                       - ik heb niet/geen

Tu n'aimes pas                            - jij houdt niet van

Je ne vais pas                             - ik ga niet

Il ne travaille pas                        - hij werkt niet

Bespreken

opdr 18

opdr 20

opdr 21

opdr 24

opdr 25

Questions?