Nederlands op het mbo

Nederlands op het mbo
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Nederlands op het mbo

Slide 1 - Slide

'Ken de weg en de taal'
 Het betekent dat een persoon bekwaam en begaafd is. Ofwel: die persoon is kundig en getalenteerd.

Slide 2 - Slide

Les 1 leerjaar 1
Lesroute 
  1. Nederlands bij MZ
  2. Indeling lessen
  3. Lesmethode
  4. Examinering
  5. Nulmetingen

Slide 3 - Slide

Lesdoel

Na deze les weet je waarom Nederlands belangrijk is, zeker in de maatschappelijke zorg. Ook weet je hoe de lessen en de examens zijn ingedeeld en welke methode we gebruiken.

Slide 4 - Slide

Je hebt al jarenlang lessen Nederlands gekregen. Wat vind jij tot nu toe van het vak Nederlands?
A
Moeilijk, maar wel nodig
B
Gemakkelijk en leuk
C
Gemakkelijk en dus saai
D
Moeilijk en onbelangrijk

Slide 5 - Quiz

Beargumenteer je antwoord. Waarom vind je dit? Vertel ook wat je leuk en minder leuk vindt.

Slide 6 - Open question

Is Nederlands
belangrijk bij MZ,
volgens jou? Waarom wel/ niet?

Slide 7 - Mind map

Slide 8 - Slide

Laaggeletterdheid in Nederland
In het coalitieakkoord uit 2021 is opgenomen dat iedereen in Nederland een goed bestaan verdient en mee moet kunnen doen (VVD, D66, CDA en CU). Meedoen betekent in de huidige maatschappij onder meer dat mensen moeten kunnen lezen en schrijven, rekenen, maar ook kunnen omgaan met een computer. Dit geldt niet voor iedereen. In Nederland wordt het aantal laaggeletterden op basis van een eerder onderzoek geschat op 2,5 miljoen mensen (Algemene Rekenkamer 2016; Buisman et al., 2013). Hieronder vallen niet alleen mensen die moeite hebben met taal, maar ook met rekenen. 

Slide 9 - Slide

Laaggeletterden: wie zijn dat en waar vind je ze in Nederland?

Slide 10 - Open question

Laaggeletterdheid in Rotterdam

In de wijken Feyenoord en Charlois ligt het percentage laaggeletterdheid ruim boven de 30 procent; bijna drie keer zo hoog als het landelijk gemiddelde.

Slide 11 - Slide

Welke problemen hebben laaggeletterden?
  • Op het terrein van hun gezondheid kan het in hun dagelijks leven betekenen dat ze moeite hebben met het begrijpen van de gebruiksaanwijzingen van medicijnen (Davis et al., 2006; Kripalani et al., 2006). 
  • Onderzoek van Van der Heide en Rademakers uit 2015 laat daarbij zien dat laaggeletterden minder positief zijn over hun fysieke en mentale gezondheid dan niet-laaggeletterden. 
  • Een gevolg van het moeite hebben met lezen en schrijven kan zich ook vertalen in meer moeite hebben om te participeren in de maatschappij. 

Slide 12 - Slide

Wat betekent dit voor laaggeletterden?
  • Laaggeletterden zijn over het algemeen minder actief in vrijwilligerswerk en hebben een lager sociaal vertrouwen (Christoffels et al., 2016).
  • Doordat laaggeletterden moeite hebben met het begrijpen van teksten kan dat hun digitale vaardigheden in de weg staan. Hierdoor is het lastiger om te participeren in de online samenleving, waaronder de digitale zaken van de overheid (Baay, Buisman & Houtkoop, 2015).
  • Ook op het financiële vlak kunnen laaggeletterden gevolgen ondervinden. Zo blijkt uit het eerdergenoemde onderzoek van Christoffels et al. dat laaggeletterden vaker in armoede leven dan niet-laaggeletterden (2016).  

Slide 13 - Slide

Lessen Nederlands fysiek:
  • Van 90 naar 45 minuten :-(
  • Pen, papier en laptop nodig
  • Uitleg
  • Aansluitend bij beroep en examinering
  • Fictie lezen en schrijven
  • Woordenschat uitbreiden


Lessen Nederlands huiswerk
  • 1 lesuur per week
  • Werken uit de licentie

Beoordeling: inzet, verbetering


Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Wat hoop je op het mbo
nog (beter) te leren
bij Nederlands?

Slide 16 - Mind map

Examinering
CEM (centraal examen)
  • lezen
  • luisteren: samen 90/ 120 min

IE (instellingsexamen)
  • schrijven : 60 min
  • spreken
  • gesprekken voeren: samen 30 min

Slide 17 - Slide

Nulmeting
Uitslag nulmetingen bepaalt:
  • Versneld examineren?
  • Lesroute digitaal

1F: eind basisschool
2F: eind mavo, mbo 2 en -3
3F: eind havo, mbo 4
4F: eind vwo (academisch taalgebruik)

Slide 18 - Slide

Wat neem je mee uit deze les?

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide