Ontwikkelingsfasen van een kind

Ontwikkelingsfasen van een kind
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Ontwikkelingsfasen van een kind

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Aan het einde van de les kun je...
  • de fysieke ontwikkeling van een peuter beschrijven.
  • de kenmerken van de sociaal-emotionele ontwikkeling van peuters uitleggen.
  • de cognitieve ontwikkelingsstadia van een peuter herkennen.
  • de verschillen tussen passieve en actieve woordenschat benoemen.
  • voorbeelden geven van magisch en animistisch denken bij peuters.
  • de basis van de seksuele ontwikkeling van peuters uitleggen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over de ontwikkelingsfasen van een kind?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Fysieke ontwikkeling van peuters
Peuters hebben een bolle buik, compleet melkgebit en leren zindelijkheid.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Sociaal-emotionele ontwikkeling en peuterpuberteit
Peuters ontdekken hun eigen wil, ervaren schuldgevoel en ontwikkelen empathie.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Cognitieve ontwikkeling en mentale representatie
Peuters maken snelle vorderingen in logische verbanden en taal. Ze ontwikkelen mentale representatie.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Taalontwikkeling: passieve en actieve woordenschat
Peuters ontwikkelen van een beperkte woordenschat naar complexe zinnen en een beter begrip van taal.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Magisch denken en animistisch denken
Peuters kennen magisch en animistisch denken, waar ze geloven dat gedachten de werkelijkheid kunnen beïnvloeden en levenloze objecten menselijke eigenschappen toekennen.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Seksuele ontwikkeling van peuters
Peuters ontdekken verschillen tussen jongens en meisjes, wat bijdraagt aan hun seksuele ontwikkeling.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Definitielijst
Peuterpuberteit: Een periode waarin een kind zich meer bewust wordt van het eigen handelen en eigen wil ontwikkelt.
Mentale representatie: Het vermogen om interne beelden te vormen van objecten of gebeurtenissen.
Passieve woordenschat: De woorden die een kind herkent en begrijpt zonder ze actief te gebruiken.
Actieve woordenschat: De woorden die een kind actief gebruikt in communicatie.
Magisch denken: Het geloof van een kind dat gedachten de werkelijkheid kunnen beïnvloeden.
Animistisch denken: De neiging van een kind om levenloze objecten menselijke eigenschappen toe te kennen.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.