Vermogensrecht H11

Waar kan je pandrecht op vestigen?
A
Roerende zaken
B
Registergoederen of op vorderingen
C
Niet-registergoederen of op vorderingen
D
Onroerende zaken
1 / 23
next
Slide 1: Quiz
Praktische economieMBOStudiejaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Waar kan je pandrecht op vestigen?
A
Roerende zaken
B
Registergoederen of op vorderingen
C
Niet-registergoederen of op vorderingen
D
Onroerende zaken

Slide 1 - Quiz

Adriaan heeft geld nodig. Hij leent van Bas 2000 euro als zekerheid voor de lening geeft hij Bas zijn dure horloge. Wie is pandhouder en wie is pandgever?

Slide 2 - Open question

Stelling: de schuldenaar is de pandhouder
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quiz

Stelling: Schuldeiser is de pandhouder
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

This video is no longer available
Welke video was dit?

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide