Starttaal Vooraf T7 H5

H5 Schrijven
Thema 7
Geld



1 / 59
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 59 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

H5 Schrijven
Thema 7
Geld



Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Doelen
Aan het einde van de les:

- weet ik wat een telefoonnotitie is.

- kan ik een telefoonnotitie maken
   met de belangrijkste informatie
   uit een telefoongesprek.

- kan ik de taalvaardigheden
   combineren bij het 
   maken van een telefoonnotitie.


  Doelen
-gesprek   voeren
-luisteren
-schrijven

Slide 2 - Slide

This item has no instructions


1. uitleg: telefoonnotitie

 3. aan het werk

4. evalueren

  Wat gaan we doen?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Hoofdstuk 1: 

woordenschat
uitleg

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Wat zou dit betekenen?

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

 de    telefoon     -     notitie

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

belangrijkste informatie

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

?
alleen ....
          wat is 
belangrijkste informatie

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Wat noteer je 
op een telefoonnotitie?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Wie heeft opgenomen?       = eigen naam
Wanneer is er gebeld?         = datum + tijd
Wie heeft er gebeld?            = naam beller
Waarom is er gebeld?         = de reden
Voor wie is de boodschap? 
Wat is het telefoonummer?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Link

= extra optie: pagina kun je laten zien ter inspiratie dat via google alle informatie te vinden is (als je het even vergeten bent).

Slide 13 - Link

= extra pagina. idem als vorige pagina.
uitleg 1 vervolg
belangrijkste informatie

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

blz. 208

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

blz. 209

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

blz. 208

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Link

This item has no instructions

...  waarop is gebeld.
- voornaam en achternaam 
- en het telefoonnummer
... die de beller wil doorgeven.
blz. 210

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

datum en tijd
gegevens beller
de boodschap
datum: __________________
tijd: ______________________


naam beller: _______________________
telefoonnummer: __________________


______________________________________
______________________________________
______________________________________
voornaam + achternaam
telefoonnotitie

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

blz. 210

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

datum en tijd
gegevens beller
de boodschap
telefoon opgenomen door: _________________

datum: __________________
tijd: ______________________

naam beller: _______________________
telefoonnummer: __________________

______________________________________
______________________________________
______________________________________
voornaam + achternaam
telefoonnotitie
jouw naam

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

blz. 210

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

blz. 210

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Link

This item has no instructions

blz. 211
vervolg

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Link

This item has no instructions

Slide 30 - Slide

Antwoorden: 
Martijn
Meneer Jansen

Datum en tijd van vandaag

Kim Storm
06 - 2451901
Kim is haar horloge kwijt.
Is deze gevonden?
Graag terug bellen. 
blz. 212

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Link

This item has no instructions

blz. 213

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Link

This item has no instructions

blz. 213

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Slide 36 - Slide

Antwoorden: 
Martijn
Meneer Jansen

Datum en tijd van vandaag

Kim Storm
06 - 2451901
Kim is haar horloge kwijt.
Is deze gevonden?
Graag terug bellen. 
blz. 214

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

                                                                Wie geeft antwoord op de vraag?
De eerste telefoon is ontdekt in 1860. Waar of niet waar?
Op een telefoonnotitie schrijf je ....
Waar houd je rekening mee bij het schrijven van een telefoonnotitie?
Welke tip heb jij bij het schrijven van een telefoonnotitie?
  Evaluatie
Wat zou jij doen als het volgende gebeurt? (zie volgende dia)

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Doelen

- Ik weet wat een telefoonnotitie is.

- Ik kan een telefoonnotitie maken
   met de belangrijkste informatie
   uit een telefoongesprek.

- Ik kan de taalvaardigheden
   combineren bij het 
   maken van een telefoonnotitie.


  Doelen gehaald?
-gesprek   voeren
-luisteren
-schrijven

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

H5 Schrijven
Thema 7
Geld



Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Doelen
Aan het einde van de les:

- heb ik geluisterd naar een telefoongesprek.
- hier de belangrijkste informatie genoteerd.
= telefoonnotitie geschreven
= 2e deel pitstop gemaakt!

- heb ik de juiste vorm ingevuld
  van het werkwoord in de zin.
= 1e deel pitstop gemaakt! 


  Doelen
bijhorende
taalvaardigheden
bij het maken van
een telefoonnotitie:
-gesprek voeren
-luisteren
-schrijven

Slide 42 - Slide

This item has no instructions


1. herhaling: telefoonnotitie
                           ww-schema

 2. aan het werk

3. evalueren

  Wat gaan we doen?

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

uitleg

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Hoofdstuk 1: 

woordenschat
de telefoonnotitie

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

datum en tijd
gegevens beller
de boodschap
telefoon opgenomen door: _________________

datum: __________________
tijd: ______________________

naam beller: _______________________
telefoonnummer: __________________

______________________________________
______________________________________
______________________________________
voornaam + achternaam
telefoonnotitie
jouw naam

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Hoe schrijf het werkwoord in de zin?
* in welke tijd
taat de zin?
*

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

T.T.
Tegenwoordige Tijd

Slide 48 - Slide

This item has no instructions


de stam
van het 
werkwoord

 - en
het hele werkwoord 
=

Slide 49 - Slide

This item has no instructions


V = F






Z = S
werkwoorden 
met een v
werkwoorden 
met een z

Slide 50 - Slide

This item has no instructions



ik schrijf
hij schrijft
wij schrijven



ik lees
hij leest
wij lezen

schrijven
lezen

Slide 51 - Slide

This item has no instructions

de feit

veranderen WEL
van klank





de mening

veranderen NIET
van klank
sterke werkwoorden
zwakke werkwoorden

Slide 52 - Slide

This item has no instructions

de feit

lezen              -->
lopen

schrijven     -->
beginnen








de mening

luisteren          -->
praten

fietsen              -->
wandelen
maken
sterke werkwoorden
zwakke werkwoorden
ik las
wij lazen
ik schreef
wij schreven
ik luisterde
wij luisterden
ik fietste
wij fietsten

Slide 53 - Slide

This item has no instructions

Slide 54 - Link

This item has no instructions

Pak voor je:
-het dunne boek (blz. 64-65)
-het werkwoordschema

En luister mee naar de uitleg.



timer
20:00
  4. Aan de slag!

Slide 55 - Slide

This item has no instructions

Hoofdstuk 1: 

woordenschat
de telefoonnotitie
Lees de situatie bij opdracht 2 (blz. 65).
Luister daarna naar het telefoongesprek.

Slide 56 - Slide

This item has no instructions

Slide 57 - Link

This item has no instructions

Maak in het dunne boek:
- pitstop (blz. 64 en 65)

Klaar? 
Maak taken op JE (Junior Einstein).

Iedereen klaar? 
Samen nakijken.



timer
20:00
  4. Aan het werk!

Slide 58 - Slide

This item has no instructions

  Evaluatie
Wij lezen.     Ik .......... (t.t.) of
                       Ik .......... (v.t.)
Wat is het verschil tussen een sterk en zwark werkwoord?
Wij durven. Ik .......... (t.t.) of 
                       Ik .......... (v.t.)

Slide 59 - Slide

This item has no instructions