Neem over in je schrift:
Je gebruikt de 'gerund' ook als een soort zelfstandig naamwoord:
1. Na
werkwoorden die '
begin', '
einde', of '
doorgaan' aangeven. (start, begin, finish, go on, etc.)
Example: Everybody had finished writing.
2. Na een aantal andere werkwoorden. (delay, postpone, put off, imagine, consider, avoid, etc)
Example: I put off learning vocabulary for a whole week.
3. Na een aantal uitdrukkingen. (it's no good, it's no use, it's worth, can't help, to be busy, etc)
Example: She can't help singing all day long.