De rol van technologie in het onderwijs

• ICT
• Beroepsopleiding

De rol van technologie in het onderwijs

Leerdoelen

• Aan het einde van de les kunt u de verschillende niveaus van technische ondersteuning in het onderwijs begrijpen
• Aan het einde van de les kunt u de balans tussen leerkracht en technologie in het onderwijsproces beschrijven
• Aan het einde van de les kunt u de voordelen en beperkingen van automatisering in het onderwijs identificeren

Wat weet je al over de rol van technologie in het onderwijs?

De rol van de leerkracht in technologie-ondersteund onderwijs

• Leerkracht heeft controle over het onderwijsproces
• Technologie biedt ondersteunende informatie
• Gedeeltelijke automatisering: technologie controleert specifieke taken, maar leerkracht kan altijd controle terugnemen
• Volledige automatisering: technologie controleert alle taken autonoom, en vraagt alleen om leerkrachtcontrole indien nodig
• Leerkracht kan te allen tijde de controle terugnemen
• Technologie signaleert wanneer leerkrachtcontrole nodig is

De rol van technologie in het onderwijs

• Technologie ondersteunt het onderwijsproces
• Leerkracht behoudt de controle
• Technologie kan taken autonoom uitvoeren
• Technologie kan gedeeltelijk of volledig automatiseren

Verschillen tussen gedeeltelijke en volledige automatisering in het onderwijs

• Gedeeltelijke automatisering: technologie controleert specifieke taken, maar leerkracht kan altijd controle terugnemen
• Volledige automatisering: technologie controleert alle taken autonoom, en vraagt alleen om leerkrachtcontrole indien nodig

Definitie

• Gedeeltelijke automatisering: technologie controleert specifieke taken, maar leerkracht kan altijd controle terugnemen
• Volledige automatisering: technologie controleert alle taken autonoom, en vraagt alleen om leerkrachtcontrole indien nodig

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.