Herhalen hoofdstuk 1

Dit is een herhaling van H1
Maak de quizvragen en neem de theorie in deze les goed door voor de aankomende toets!
1 / 23
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Dit is een herhaling van H1
Maak de quizvragen en neem de theorie in deze les goed door voor de aankomende toets!

Slide 1 - Slide

Herhalen hoofdstuk 1
Paragraaf 1: lineair en kwadratisch verband

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt werken met een lineair en kwadratisch verband. (bijv.  een tabel en grafiek maken) 
  • Je kunt de symmetrie van kwadratische verbanden gebruiken.

Slide 3 - Slide

Wat is het hellingsgetal?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 4 - Quiz

Wat is het startgetal?
A
2
B
6
C
4
D
8

Slide 5 - Quiz

Wat is hellingsgetal en startgetal bij de tabel?
A
Hellingsgetal is 5 Startgetal is 3
B
Hellingsgetal is 5 Startgetal is -2
C
Hellingsgetal is 2,5 Startgetal is 3
D
Hellingsgetal is 2,5 Startgetal is -2

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Paragraaf 2
Andere verbanden

Slide 8 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt periodieke grafieken tekenen.
  • Je kunt werken met wortelformules.
  • Je kunt werken met omgekeerd evenredige verbanden.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Wat is de evenwichtsstand?
A
0 seconde
B
0 meter
C
20 meter
D
15 meter

Slide 11 - Quiz

Wat is de amplitude?
A
150 m
B
200 m
C
350 m
D
500 m

Slide 12 - Quiz

Wat is de periode?
A
6
B
1
C
2
D
5

Slide 13 - Quiz

Paragraaf 3
Vergelijkingen

Slide 14 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt vergelijkingen oplossen met de balansmethode.
  • Je kunt vergelijkingen oplossen met de omgekeerde pijlenketting.
  • Je kunt vergelijkingen oplossen met inklemmen.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

los op:

Slide 17 - Open question

Los op

A
geen oplossingen
B
x=16
C
x=4 en x=-4
D
x=16 en x=-16

Slide 18 - Quiz

Paragraaf 4
Groter of kleiner

Slide 19 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt berekenen voor welke waarden van x de uitkomst van de ene formule groter of kleiner is dan de uitkomst van een andere formule.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Op welke posities is de grafiek bij de formule


groter dan de grafiek bij de formule

?
y=x2+5
y=x+4
A
Links van het linker snijpunt en rechts van het rechtersnijpunt
B
Links van het linker snijpunt en tussen de beide snijpunten
C
Tussen de beide snijpunten
D
Tussen de beide snijpunten en rechts van het rechtersnijpunt

Slide 22 - Quiz

Aan de slag!
Maken: oefentoets uit het werkboek

Slide 23 - Slide