Opdracht 2 : De pv in de VT
Fatima ..... (brengen) mij na het feest naar huis.
Waarom ..... (lopen) je weer terug naar de auto ?
De hovenier ..... (vinden) dat de tuin mooi was aangelegd.
Vanochtend ..... (smeren) ik mijn brood voor de lunch.
De zware aardbeving ..... (verwoesten) het hele dorp.