What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Goedgebekt deel 2 taak 6 t/m 10
Goedgebekt deel 1 taak 6 t/m 10
1 / 36
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
This lesson contains
36 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Goedgebekt deel 1 taak 6 t/m 10
Slide 1 - Slide
1. Wie heeft er nog een PRANGENDE vraag?
A
logische
B
vraag over een ander onderwerp
C
dringende
Slide 2 - Quiz
2. De heer Sprong LAAKT de houding van die kinderen.
A
maakt belachelijk
B
spreekt zijn afkeuring erover uit
C
verbetert
Slide 3 - Quiz
3. Die advocaat werkt soms PRO DEO.
A
met veel plezier
B
alleen op zon- en feestdagen
C
gratis
Slide 4 - Quiz
4. Dat KADAVER is onlangs in het bos gevonden.
A
oude oorlogstuig
B
dode lichaam
C
middeleeuwse zwaard
Slide 5 - Quiz
6. Die leerling begon zonder GÊNE te spreken over haar thuissituatie.
A
gevoel
B
schaamte
C
angst
Slide 6 - Quiz
5. De CONTINUÏTEIT van dat bedrijf komt in gevaar door haar overlijden.
A
voortgang
B
personeelsbezetting
C
ploegendienst
Slide 7 - Quiz
7. Na een vliegtuigongeluk is IDENTIFICATIE vaak moeilijk.
A
het vinden van de oorzaak
B
de schuldvraag
C
de vaststelling wie iemand is
Slide 8 - Quiz
8. Heb jij je PERSONALIA wel volledig ingevuld?
A
voorletters
B
familiegegevens
C
persoonlijke gegevens
Slide 9 - Quiz
9. Wat zijn JOUW initialen?
A
grootste wensen voor de toekomst
B
van alle namen van iemand de eerste letter
C
aantoonbare ervaringen in het bedrijfsleven
Slide 10 - Quiz
10. Het feestje van Amalia zorgt voor veel CONSTERNATIE.
A
ellende
B
opschudding
C
roddel
Slide 11 - Quiz
Iemand in zijn eigen sop gaar laten koken
A
iemand op het goede spoor zetten
B
iemand van top tot teen wassen
C
Zich niet (meer) met iemand bemoeien
Slide 12 - Quiz
Spreken is zilver, zwijgen is goud
A
Spreken is altijd de beste oplossing
B
je mond houden is erg onbeleefd
C
Soms is het verstandig om niets te zeggen
Slide 13 - Quiz
Iets in een oogwenk doen
A
zonder nadenken
B
door alleen te kijken
C
heel snel
Slide 14 - Quiz
We zullen om de tafel gaan zitten
A
een ruzie uitpraten
B
overleggen, vergaderen
C
een borrel drinken
Slide 15 - Quiz
Hij probeert bij iemand in het gevlij te komen
A
in de buurt van iemand willen wonen
B
doen of zeggen wat iemand graag wil
C
naast iemand gaan zitten
Slide 16 - Quiz
's Lands wijs, 's lands eer
A
het volkslied ie het symbool van de eer van het land
B
de geleerden van het land geven het aanzien
C
je moet de bijzondere gewoonten van een land respecteren
Slide 17 - Quiz
Die twee kunnen niet samen door één deur.
A
ze kunnen niet goed samenwerken
B
ze zijn veel te dik
C
ze hebben verschillende bazen
Slide 18 - Quiz
Dat is een open deur intrappen
A
zinloos werk doen
B
iets zeggen wat algemeen bekend is
C
profiteren van de gunstige omstandigheden
Slide 19 - Quiz
Tot grote hilariteit deed prins Claus zijn stropdas af
A
ontzetting
B
algemene verbazing
C
algemeen gelach/ algemene vrolijkheid
Slide 20 - Quiz
Mijn jongste neefje is over het algemeen heel timide
A
agressief
B
verlegen
C
angstig
Slide 21 - Quiz
Die reis van de minister staat ter discussie
A
is in voorbereiding
B
gaat misschien niet door
C
wordt uitgebreid in beeld gebracht
Slide 22 - Quiz
De brandweer adviseert bij het nemen van preventieve maatregelen
A
ter voorkoming van iets
B
dringende
C
strenge
Slide 23 - Quiz
In olie schijn ook clandestien te worden gehandeld.
A
op de beurs
B
in het geheim
C
in kleine kring
Slide 24 - Quiz
Het is allemaal maar suggestie
A
een voorstel
B
een droom
C
verbeelding
Slide 25 - Quiz
Afhankelijk zijn van een donatie
A
gift
B
geld
C
hulp
Slide 26 - Quiz
Zij heeft een aversie tegen 's avonds werken
A
voorkeur (voor)
B
afkeer
C
bezwaar
Slide 27 - Quiz
Die nederlaag ervaren zij als een blamage
A
afgang
B
afkeer
C
verlies
Slide 28 - Quiz
Parijs is een metropool
A
hoofdstad
B
stad met goede voorzieningen
C
wereldstad
Slide 29 - Quiz
Iemand de mond .....
A
openen
B
leggen
C
snoeren
Slide 30 - Quiz
Iemand met gelijke munt .....
A
betalen
B
afmaken
C
schieten
D
inzetten
Slide 31 - Quiz
De spanning is te .....
A
snoeren
B
snijden
C
maken
Slide 32 - Quiz
Zijn hart .....
A
vasthouden
B
inzetten
C
maken
Slide 33 - Quiz
Er geen gras over laten .....
A
schieten
B
snijden
C
groeien
Slide 34 - Quiz
Wat betekent:
het hart op de tong hebben
A
verlegen zijn
B
direct zijn
C
kwaad zijn
D
gevoelig zijn
Slide 35 - Quiz
Tekst
Slide 36 - Slide
More lessons like this
Goed Gebekt 7
February 2022
- Lesson with
12 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Goed Gebekt 7
October 2024
- Lesson with
12 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Woordenschat, gezegden, uitdrukkingen 1
December 2019
- Lesson with
30 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Nakijken Goed gebekt taak 8 en 9
October 2024
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Woordenschat, gezegden, uitdrukkingen 1
November 2021
- Lesson with
32 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Nakijken Goed gebekt taak 8 en 9
January 2021
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Learning Technique: Complete the Pie
March 2023
- Lesson with
12 slides
by
LessonUp Inspiration
Lower Secondary (Key Stage 3)
Upper Secondary (Key Stage 4)
Further Education (Key Stage 5)
LessonUp Inspiration
Learning Technique: Complete the Pie
December 2023
- Lesson with
12 slides
by
LessonUp Inspiration
Lower Secondary (Key Stage 3)
Upper Secondary (Key Stage 4)
Further Education (Key Stage 5)
LessonUp Inspiration