Bio H4 Th3 Basistheorie kruisingen

Kruisingen in de genetica
Hoe groot is de kans dat een vader met bruine ogen en een moeder met blauwe ogen een kind krijgen met blauwe ogen?
1 / 30
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Kruisingen in de genetica
Hoe groot is de kans dat een vader met bruine ogen en een moeder met blauwe ogen een kind krijgen met blauwe ogen?

Slide 1 - Slide

Iedere persoon heeft voor zijn eigenschappen (genen) twee kopietjes (allelen): één van mama & één van papa
Blauwe ogen
Blauwe ogen

Slide 2 - Slide

Als je twee dezelfde allelen hebt gekregen noem je dat homozygoot
Blauwe ogen
Blauwe ogen
Homozygoot: een individu met twee dezelfde allelen voor een bepaalde eigenschap
Aantekening

Slide 3 - Slide

Als je twee verschillende allelen hebt gekregen noem je dat heterozygoot
Blauwe ogen
Bruine ogen
Heterozygoot: een individu met twee verschillende allelen voor een bepaalde eigenschap
Aantekening

Slide 4 - Slide

Maar heb je dan blauwe ogen of bruine ogen?
Blauwe ogen
Bruine ogen

Slide 5 - Slide

Vaak zie je maar één van de twee allelen terug in het uiterlijk, dat allel noem je dominant
Blauwe ogen
Bruine ogen
Dominant: het allel dat altijd zichtbaar is in het uiterlijk
Aantekening

Slide 6 - Slide

Bij mensen is het allel voor bruine ogen dominant over blauwe ogen. 
Blauwe ogen
Bruine ogen
Persoon krijgt bruine ogen

Slide 7 - Slide

Persoon met 2 blauwe oogkleur allelen
Persoon met 1 blauw en 1 bruin allel voor oogkleur
Persoon 2 bruine allelen voor oogkleur
Genotype
Fenotype
*1 vak krijgt 2 sleepblokken
Blauwe ogen
Bruine ogen
Blauwe ogen
Bruine ogen

Slide 8 - Drag question

Bij een persoon met twee verschillende allelen (heterozygoot) komt één allel dus niet tot uiting. Dat allel noem je recessief
Blauwe ogen
Bruine ogen
Recessief: een allel dat alleen tot uiting komt als er geen dominant allel is
Aantekening

Slide 9 - Slide

Een konijn heeft één allel voor een witte vachtkleur en één allel voor een bruine vachtkleur. Dit noem je:
A
Homozygoot
B
Heterozygoot
C
Dominant
D
Recessief

Slide 10 - Quiz

Een heterozygoot konijn heeft als uiterlijk een bruine vacht. Het bruine allel noem je dan:
A
Homozygoot
B
Heterozygoot
C
Dominant
D
Recessief

Slide 11 - Quiz

Bij katten bestaan twee allelen voor haarlengte: kortharig en langharig. Langharig is dominant.
Welk fenotype zal een heterozygote kat hebben?
A
Langharig
B
Kortharig

Slide 12 - Quiz

Welke eigenschap geef je door aan je nageslacht?
Blauwe ogen
Blauwe ogen

Slide 13 - Slide

Een individu met twee allelen voor blauwe ogen kan alleen maar een blauw allel doorgeven.
Blauwe ogen
Blauwe ogen

Slide 14 - Slide

Een heterozygoot individu geeft met 50% kans zijn blauwe allel en met 50% kans zijn bruine allel door
Blauwe ogen
Bruine ogen

Slide 15 - Slide

Om kansen te bereken welke allelen de kinderen krijgen kunnen we de allelen in een kruisingsschema zetten.
Blauwe ogen
Bruine ogen
Blauwe ogen
Bruine ogen

Slide 16 - Slide

Een individu met twee allelen voor blauwe ogen kan alleen maar een blauw allel doorgeven.
Blauwe ogen
Blauwe ogen
Blauwe ogen
Blauwe ogen

Slide 17 - Slide

Blauwe ogen
Blauwe ogen
Blauwe ogen
Bruine ogen
Blauw
Blauw
Bruin
Blauw
Blauw
Blauw
Bruin
Blauw

Slide 18 - Slide

Blauwe ogen
Blauwe ogen
Blauwe ogen
Bruine ogen
Blauw
Blauw
Bruin
Blauw
Blauw
Blauw
Bruin
Blauw
50% van de kinderen heeft dan blauwe ogen

De andere 50% bruine ogen, maar die zijn wel heterozygoot

Slide 19 - Slide

Vaak worden allelen afgekort tot één letter
  • Hoofdletters worden gebruikt voor het dominante allel zoals: bruin is dominant (A)
  • Kleine letters worden gebruikt voor het recessieve allel: blauw is recessief (a)

Het genotype van een heterozygoot is dan Aa, zijn fenotype is bruin

Slide 20 - Slide

Voorbeeldje: vachtkleur konijnen
Bij konijnen is een bruine vacht dominant (A) over een witte vacht (a). Welke genotypen en fenotypen hebben de volgende konijnen?
  • Homozygoot bruin konijn:     AA = bruine vacht
  • Heterozygoot konijn:               Aa = bruine vacht
  • Wit konijn:                                      aa = witte vacht

Slide 21 - Slide

Noteren!
Schrijf bij het begin van een opgave de volgende 2 tabellen op als hulpmiddel


Allel
A
Bruin
a
wit
Genotype
Fenotype
AA
Bruin
Aa
Bruin
aa
Wit

Slide 22 - Slide

Bij katten is bij de lengte van de haren langharig dominant (A) over kortharig (a).
Welk genotype heeft een kortharige kat?
A
AA
B
Aa
C
aa

Slide 23 - Quiz

Kruisingsschema met letters
Bij mensen is het allel voor kromme tenen dominant (K) over rechte tenen (k). Een homozygote vader met kromme tenen krijgt een kind met een vrouw met rechte tenen. Hoe groot is de kans dat dit kind kromme tenen krijgt?

Slide 24 - Slide

Stap 0: noteer hulptabellen
Bij mensen is het allel voor kromme tenen dominant (K) over rechte tenen (k). 
Allel
K
...
k
...
Genotype
Fenotype
KK
...
Kk
...
...
...

Slide 25 - Slide

Stap 1: Wat zijn de genotypen van de ouders?
Bij mensen is het allel voor kromme tenen dominant (A) over rechte tenen (a). Een homozygote vader met kromme tenen krijgt een kind met een vrouw met rechte tenen. Hoe groot is de kans dat dit kind kromme tenen krijgt?

Homozygote vader met kromme tenen: A A 
Moeder met rechte tenen: a a

Slide 26 - Slide

Stap 1b: Welke allelen stoppen ouders in hun gameten?
Homozygote vader met kromme tenen: A A 
Moeder met rechte tenen: a a

Ze zijn allebei homozygoot en kunnen dus ook allebei maar 1 type allel doorgeven

P =                    AA      x     aa
Gameten =    A                a

Slide 27 - Slide

Stap 2a: Maak een kruisingsschema
Papa: AA
Mama: aa

Slide 28 - Slide

Stap 2b: Maak een kruisingsschema
Papa: AA
Mama: aa

Slide 29 - Slide

Stap 3: lees het kruisingsschema af
Alle 4 de mogelijkheden geven Aa. 
Een kind zal dus met 100% kans het genotype Aa krijgen.
Daar hoort het fenotype kromme tenen bij.

Slide 30 - Slide