This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
H3.3 Additie, substitutie en kraken
NOVA - Hoofdstuk 3 - 4 Havo
Slide 1 - Slide
Welke molecuulformule hoort bij welk molecuul?
Sleep van links naar rechts
Propaan
Ethaan
Methaan
Butaan
C3H8
C2H6
CH4
C4H10
Slide 2 - Drag question
Welke van de volgende moleculen is een alkeen?
A
C3H8
B
C4H8
C
C5H10
D
C2H6
Slide 3 - Quiz
opdracht: sleep de juiste naam bij de juiste structuur
ethaan
etheen
propaan
Slide 4 - Drag question
Wat is de juiste naam?
A
hexaanzuur
B
hexaan-2-amine
C
2-olhexaan
D
hexaan-2-ol
Slide 5 - Quiz
Wat is de juiste naam?
A
1,3-halogeenbutaan
B
1,3-dibroombutaan
C
dibroombut-1,3-aan
D
butaan-1,3-dibromide
Slide 6 - Quiz
sleep de juiste naam bij de juiste structuur
Let op: niet alle namen en structuurformules worden gebruikt!
methaanzuur
butaanzuur
hexaanzuur
propaanzuur
pentaanzuur
Slide 7 - Drag question
sleep de juiste naam bij de juiste structuur
butaan-1-amine
metaanamine
methaandiamine
Slide 8 - Drag question
Leerdoelen:
Aan het eind van deze les kun je:
een additie reactie
een substitutie reactie
een kraakreactie
herkennen en weergeven in structuurformules
Slide 9 - Slide
Additie van waterstof aan propeen
Eerst een voorbeeld:
Slide 10 - Slide
Kenmerken van een additiereactie
De beginstof is onverzadigd (C=C)
Je voegt klein molecuul toe, bijvoorbeeld:
Br2, Cl2, H2, HF, HCl, HBr, HI of H2O.
De C=C verdwijnt en er ontstaat één nieuwe stof
De reactie verloopt snel
Slide 11 - Slide
Additie van waterstof aan propeen
Deze bindingen worden verbroken en gevormd:
Slide 12 - Slide
C=C aantonen met broomwater
Geef de reactie van broom met hex-1-een in structuurformules
Geef de naam van het reactieproduct
Slide 13 - Slide
Welke stof ontstaat er bij de reactie van propeen met broom (Br2)?
A
1-broompropaan
B
1,2-dibroompropaan
C
1,3-dibroompropaan
D
2,3-dibroompropaan
Slide 14 - Quiz
0
Slide 15 - Video
Additie met water
Slide 16 - Slide
Additie met water
Bij een additiereactie met water splitst het H2O molecuul in een H-atoom en een -OH groep. Het H-atoom komt aan het ene C-atoom en de -OH groep aan het andere C-atoom
Slide 17 - Slide
Voorbeeld
De additie van water aan propeen. Welke stof(fen) ontstaan?
Slide 18 - Slide
Teken in je schrift de additie van water aan propeen. Welk(e) stof(fen) ontstaan?
A
propaan-1-ol
B
propaan-2-ol
C
beide
D
geen van beide
Slide 19 - Quiz
leerdoelcheck:
Teken in je schrift de additie van water aan but-2-een. Welke stof(fen) ontstaan?
timer
3:00
Slide 20 - Slide
Teken in je schrift de additie van water aan but-2-een. Welk(e) stof(fen) ontstaan?
A
butaan-1-ol
B
butaan-2-ol
C
butaan-3-ol
D
butaan-2-ol en
butaan-3-ol
Slide 21 - Quiz
Reacties met koolwaterstoffen
additie
substitutie substitutie = vervanging --> bij een substitutiereactie wordt een H-atoom uit een alkaan vervangen door bijvoorbeeld een halogeenatoom
kraken
Slide 22 - Slide
substitutiereactie van propaan en broom
1-broompropaan waterstofbromide
één H-atoom wordt VERVANGEN door één atoom van Br2
Het andere Br-atoom neemt het H-atoom mee!
Slide 23 - Slide
substitutiereactie van propaan en broom
Bij een overmaat broom wordt er nog een H-atoom vervangen
of .... 1,1-dibroompropaan
1,3-dibroompropaan
2,2-dibroompropaan
Slide 24 - Slide
additie
beginstof = alkeen
dubbele binding verdwijnt/twee stoffen worden één stof
geen licht nodig
reactie kan ook met andere kleine moleculen (bijv H2O, HCl)
substitutie
beginstof = alkaan
atoom wordt vervangen
verloopt alleen in het licht
alleen reactie met halogenen (Cl2, Br2, I2, F2)
Slide 25 - Slide
Kan een substitutiereactie altijd plaatsvinden? Waarom?
A
Nee, alleen bij alkenen in het licht
B
Nee, alleen bij alkanen in het licht
C
Ja, bij alkenen
D
Ja, bij alkanen en alkenen
Slide 26 - Quiz
De afbeelding hiernaast geeft een ... weer.
A
additiereactie
B
substitutiereactie
Slide 27 - Quiz
De afbeelding hiernaast geeft een ... weer.
A
additiereactie
B
substitutiereactie
Slide 28 - Quiz
Slide 29 - Video
Welke type chemische reactie vindt plaats bij kraken?
A
een verbrandingsreactie
B
een vormingsreactie
C
een katalytische reactie
D
een ontledingsreactie
Slide 30 - Quiz
Welke bindingen worden verbroken bij kraken?
Slide 31 - Open question
Kraakreacties
KRAKEN= grote moleculen in kleine stukjes breken
C10H22 --> C8H18 + ........
alkaan --> alkaan + ........
Slide 32 - Slide
Bij het kraken van een koolwaterstoffractie ontstaan...
A
alleen verzadigde koolwaterstoffen
B
koolstofdioxide en water
C
een mengsel van verzadigde en onverzadigde koolwaterstoffen
D
alleen onverzadigde koolwaterstoffen
Slide 33 - Quiz
Alkaan
Alkeen
Sleep de woorden naar het juiste vak
onverzadigd
verzadigd
C6H12
C18H38
C4H10
C23H46
propaan
etheen
Slide 34 - Drag question
Wat is de belangrijkste reden om koolwaterstoffen te kraken?
A
Lange koolwaterstofketens geven meer uitstoot van koolstofdioxide.
B
De vraag naar kortere koolwaterstofketens is groter.
C
Kortere koolwaterstofketens zijn eenvoudiger te transporteren.
D
Lange koolwaterstofketens zijn moeilijk op te slaan.