Oefentoets paragraaf 1 &2 (H3)

Oefentoets paragraaf 1 & 2 (H3)
1 / 21
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Oefentoets paragraaf 1 & 2 (H3)

Slide 1 - Slide

Sleep Gambia naar de juiste plek
Gambia

Slide 2 - Drag question


Wat is de hoofdstad van Gambia?
A
Dakar
B
Serrekunda
C
Banjul
D
Bangui

Slide 3 - Quiz

Cultuur =
Cultuur = 
A
Iets anders geloven dan de rest
B
Hoe mensen met elkaar samen leven
C
Alles van een land
D
De taal die mensen spreken

Slide 4 - Quiz

Wat waren ook de basisbehoeften?

Slide 5 - Open question

In welke sector is een leraar werkzaam?
A
Primaire sector
B
Secondaire sector
C
Tertiaire sector

Slide 6 - Quiz

In welke sector is een visser werkzaam
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiare sector

Slide 7 - Quiz

Wat hoort bij de Gambiaanse cultuur?
Uitleg
Sleep de kenmerken die bij Gambia horen naar 'Gambia'. 
GAMBIA
Spaans
Engels
Frans
Mandinka
Fula
Vooral islamitisch
Boerka's
Natuurgodsdiensten
Zoeloe

Slide 8 - Drag question

Sleep het getal steeds naar de goede stelling!.
1. In Nederland is de artsendichtheid hoger / lager dan in Gambia.
2. In Gambia ligt het zuigelingensterfte lager / hoger dan in Nederland.
3. Nederland heeft een hoger / lager analfabetismecijfer dan Gambia.
4. Gambia heeft een hoog / laag ontwikkelingspeil vergeleken met Nederland.
Vergelijk Gambia met Nederland
artsendichtheid
= het aantal artsen per 1000 inwoners.
Hoger
Lager
Hoger
Lager
Hoger
Lager
Hoog
Laag
1
2
3
4

Slide 9 - Drag question

Plaats de volgende zinnen in de juiste volgorde zodat je een goede beschrijving van de geschiedenis van Gambia krijgt.
De Europeanen bouwden handelsstations langs de kust. 
De huidige grenzen van het land werkden vastgesteld. 
De slavernij kwam op gang
Frankrijk en Groot-Britannië hadden lange tijd ruzie om de macht over Gambia
De grenzen van nu bestonden nog niet. Er woonden verschillende volken. 
Toen werd Gabia onafhankelijk

Slide 10 - Drag question

Hoe zit het met de basisbehoeften in Gambia?

Slide 11 - Open question

Uit hoeveel procent bestaan ​​de verschillende subculturen in Gambia?
Sleep de percentages naar de stammen
Mandinka
Fula
Wolof
Jola
24%
18%
16%
10%

Slide 12 - Drag question

In welke sector is een boer werkzaam?
A
Primaire sector
B
Secondaire sector
C
Tertiaire sector

Slide 13 - Quiz

Het tropische klimaat in Gambia heeft:
A
Het hele jaar regen
B
Een nat en een droog seizoen
C
een warme zomer dan winter

Slide 14 - Quiz

Mensen in Gambia krijgen een laag loon voor het werk wat ze doen. Wat is een gevolg van een laag loon in Gambia?
A
Meer export
B
Hoge welvaart in Gambia
C
Duurdere productie
D
Hoge belastinginkomsten voor de overheid

Slide 15 - Quiz

De bevolkingsspreiding van Gambia is...
A
Gelijk
B
Ongelijk

Slide 16 - Quiz

Welke bevolkingsdiagram zou van Gambia kunnen zijn?
A
De eerste diagram
B
De tweede diagram

Slide 17 - Quiz

Wat betekent de infrastructuur?

De stad heeft een uitgebreide infrastructuur.


A
het totaal aantal mensen dat samenwerkt binnen een organisatie
B
de hoeveelheid geld die nodig is om een samenleving goed te laten functioneren
C
de voorzieningen die nodig zijn om goederen en informatie te verspreiden

Slide 18 - Quiz

Wat voor soort grenzen heeft Gambia?
Gambia
A
Natuurlijke grenzen
B
Kunstmatige grenzen

Slide 19 - Quiz

Toeristen gaan naar Gambia voor...
A
een strand vakantie
B
een ski vakantie
C
een stedentrip
D
een roadtrip

Slide 20 - Quiz

Kijk naar de grafiek van Gambia hiernaast.

In Gambia zijn veel ...
A
oudere mensen
B
jonge mensen
C
tussen in mensen
D
blauwe en rode mensen

Slide 21 - Quiz