This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Herhalen werkwoordspelling
Doel:
Aan het eind van deze les ken je de regels die horen bij werkwoordspelling.
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Zet de persoonsvormen in de zin in een andere tijd door het goede werkwoord te veranderen. Schrijf de juiste spelling op van de werkwoorden die veranderen. Hij bestelde een blikje cola en betaalde dat met zijn pinpas.
Slide 4 - Open question
Zet de persoonsvormen in de zin in een andere tijd door het goede werkwoord te veranderen. Schrijf de juiste spelling op van de werkwoorden die veranderen. Hij is in de laatste jaren veel veranderd en dat vind ik jammer.
Slide 5 - Open question
Zet de persoonsvormen in de zin in een andere tijd door het goede werkwoord te veranderen. Schrijf de juiste spelling op van de werkwoorden die veranderen. De spaceshuttle landde op Mars terwijl er een storm woedde.
Slide 6 - Open question
Zet de persoonsvormen in de zin in een andere tijd door het goede werkwoord te veranderen. Schrijf de juiste spelling op van de werkwoorden die veranderen. De heldhaftige brandweerman redt een kind uit een brandend huis en raakt daarbij zelf gewond.
Slide 7 - Open question
Vul in de zin hieronder de juiste werkwoordsvorm in.
Weet jij wat er op zulke feesten allemaal ....... (gebeuren)
Slide 8 - Open question
Vul in de zin hieronder de juiste werkwoordsvorm in.
Bedrijven hebben tijdens de coronacrisis minder aan reclames ........ (besteden)
Slide 9 - Open question
Vul in de zin hieronder de juiste werkwoordsvorm in.
De ....... (bedreigen) man is erg geschrokken.
Slide 10 - Open question
Vul in de zin hieronder de juiste werkwoordsvorm in.
Tijdens een bezoek aan de schoonheidsspecialiste wordt mijn huid heerlijk ...... (scrubben)
Slide 11 - Open question
Vul in de zin hieronder de juiste werkwoordsvorm in.
De ..... (aankondigen) film komt pas na de meivakantie uit in de bioscoop.
Slide 12 - Open question
Vul in de zin hieronder de juiste werkwoordsvorm in.
Ajax ..... (verhuren) zijn beste speler aan een club in Engeland.
Slide 13 - Open question
Vul in de zin hieronder de juiste werkwoordsvorm in.
De ..... (verhuren) speler is daar zelf erg blij mee.
Slide 14 - Open question
Vul in de zin hieronder de juiste werkwoordsvorm in.
Afgelopen zomer ........ (vergroten) hij zijn vermogen met wel 10%.
Slide 15 - Open question
Vul in de zin hieronder de juiste werkwoordsvorm in.
De ...... (vergroten) foto is echt prachtig geworden.
Slide 16 - Open question
Maak 2 zinnen. één met het werkwoord gebeurt en één met het werkwoord gebeurd
Slide 17 - Open question
Wil je verder oefenen?
Maak gebruik van de app werkwoordspellen op Plot26!