Signaalwoorden VMBO-teksten

Signaalwoorden vmbo-teksten
1 / 39
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Signaalwoorden vmbo-teksten

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Er ist reich, sogar sehr reich.
sogar betekent...

Slide 4 - Open question

Er ist reich, sogar sehr reich.
sogar is...
A
argumentatie
B
benadrukking
C
beperking
D
bevestiging

Slide 5 - Quiz

Er hatte noch viel zu tun. Deswegen ist er nach Hause gegangen.
deswegen betekent...

Slide 6 - Open question

Er hatte noch viel zu tun. Deswegen ist er nach Hause gegangen.
deswegen....
A
argumentatie
B
benadrukking
C
beperking
D
bevestiging

Slide 7 - Quiz

Das stimmt natürlich nicht.
natürlich betekent

Slide 8 - Open question

Das stimmt natürlich nicht.
natürlich...
A
argumentatie
B
benadrukking
C
beperking
D
bevestiging

Slide 9 - Quiz

Er kommt kaum zur Ruhe.
kaum...

Slide 10 - Open question

Er kommt kaum zur Ruhe.
kaum...
A
argumentatie
B
benadrukking
C
beperking
D
bevestiging

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Ich habe also recht.
also betekent...

Slide 14 - Open question

Ich habe also recht.
also is...
A
conclusie
B
oorzaak/gevolg
C
opsomming
D
mogelijkheid

Slide 15 - Quiz

Es ist außerdem auch billiger.
außerdem betekent...

Slide 16 - Open question

Es ist außerdem auch billiger.
außerdem is...
A
conclusie
B
oorzaak/gevolg
C
opsomming
D
middel/doel

Slide 17 - Quiz

Ist Maria vielleicht auch da?
vielleicht betekent..

Slide 18 - Open question

Ist Maria vielleicht auch da?
vielleicht is...
A
conclusie
B
oorzaak/gevolg
C
opsomming
D
mogelijkheid

Slide 19 - Quiz

Schreib es dir auf, damit du es nicht wieder vergisst.
damit betekent...

Slide 20 - Open question

Schreib es dir auf, damit du es nicht wieder vergisst.
damit is...
A
conclusie
B
oorzaak/gevolg
C
opsomming
D
middel/doel

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Er benimmt sich wie ein Clown.
wie betekent

Slide 25 - Open question

Er benimmt sich wie ein Clown.
wie is...
A
tegenstelling
B
tijd
C
uitbreiding
D
vergelijking

Slide 26 - Quiz

Nicht heute, sondern morgen.
sondern betekent...

Slide 27 - Open question

Nicht heute, sondern morgen.
sondern is...
A
tegenstelling
B
tijd
C
uitbreiding
D
vergelijking

Slide 28 - Quiz

Meine Eltern sowie meine Großeltern waren da.
sowie betekent...

Slide 29 - Open question

Meine Eltern sowie meine Großeltern waren da.
sowie is...
A
tegenstelling
B
tijd
C
uitbreiding
D
vergelijking

Slide 30 - Quiz

Ich zum Beispiel finde das blöd.
zum Beispiel betekent...

Slide 31 - Open question

Ich zum Beispiel finde das blöd.
zum Beispiel is...
A
tegenstelling
B
tijd
C
voorbeeld
D
voorwaarde

Slide 32 - Quiz

Wenn du Zeit hast, gehen wir in den Park.
wenn betekent...

Slide 33 - Open question

Wenn du Zeit hast, gehen wir in den Park.
wenn is
A
tegenstelling
B
tijd
C
voorbeeld
D
voorwaarde

Slide 34 - Quiz

Jetzt schwebte er in Lebensgefahr.
jetzt betekent...

Slide 35 - Open question

Jetzt schwebte er in Lebensgefahr.
jetzt is...
A
tegenstelling
B
tijd
C
voorbeeld
D
voorwaarde

Slide 36 - Quiz

Was weißt du jetzt?

Slide 37 - Slide

Welke signaalwoorden (5) kun je vinden?

Slide 38 - Open question

Slide 39 - Slide