Blok 3 schoenen en mobieltjes

Thema 7 Blok 3 Schoenen en Mobieltjes

Les 1
1 / 21
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Thema 7 Blok 3 Schoenen en Mobieltjes

Les 1

Slide 1 - Slide

Wereldhandel vroeger en nu

Slide 2 - Mind map

     Toen: 8 maand                            Nu: 28-40 dagen

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Sneller en goedkoper
Twee soorten goederen in goederenvervoer: 
  • Massagoederen = onverpakte goederen die in grote hoeveelheden worden vervoerd en die je gemakkelijk kunt laden en lossen. Bijvoorbeeld: aardolie en graan. 

  • Stukgoederen = losse of verpakte goederen. Bijvoorbeeld: schoenen en zakken rijst. 
 
Container = een grote stalen kist met vaste afmetingen voor het vervoer van stukgoederen. 

Slide 5 - Slide

0

Slide 6 - Video

Verplaatsen van arbeid
Bedrijven proberen hun goederen zo goedkoop mogelijk te laten maken. 
 
Om meer te kunnen verkopen proberen bedrijven hun producten ook goedkoop te verkopen. 
 
Om de kosten laag te houden laten bedrijven producten maken in landen waar de lonen laag zijn. 


 
Lagelonenland = een land waar de lonen laag zijn. 

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Maken:
Blok 3. Opdracht 1 t/m 8

Slide 9 - Slide

Les 2

Slide 10 - Slide

Massagoederen zijn:
A
Losse of verpakte goederen.
B
Makkelijk te laden goederen.
C
Onverpakte goederen die in grote hoeveelheden worden vervoerd.
D
Moeilijk te laden goederen.

Slide 11 - Quiz

Om de kosten van producten laag te houden...
A
...wordt werk waarvoor veel arbeidsuren nodig zijn, gedaan in landen met lage lonen.
B
...worden zoveel mogelijk producten in West-Europa zelf geproduceerd.
C
...worden mensen tijdens de productie goed gecontroleerd.
D
...worden vervoerskosten zo laag mogelijk gehouden.

Slide 12 - Quiz

Een voorbeeld van een lagelonenland is:
A
China
B
Amerika
C
Bangladesh
D
Polen

Slide 13 - Quiz

Wereldwijde markt
Multinationals laten de verschillende onderdelen van hun producten daar maken waar dat het goedkoopst is. Dat is vaak in verschillende landen. 
 
Mondialisering = de steeds verdergaande uitwisseling van goederen en informatie en samenwerking van mensen uit verschillende landen. 

Slide 14 - Slide

0

Slide 15 - Video

Waarom daar?
Multinationals kiezen voor hun productie niet altijd voor de armste landen. Ze gaan niet naar: 
  • een land waar veel onrust is of de regering onbetrouwbaar is. 
  • een land waar de stroom vaak uitvalt of waar geen goede wegen en havens zijn. 
 
 

Slide 16 - Slide

Maken:
Blok 3. Opdracht 9 t/m 15

Slide 17 - Slide

Les 3

Slide 18 - Slide

Kennis is geld
In de westerse landen zijn de lonen hoog. 
Toch kunnen ze concurreren met lagelonenlanden. 

Hoge arbeidsproductiviteit = de hoeveelheid die een werknemer in een uur produceert. 

Specialisatie: Nederland is gespecialiseerd in het vervoer van goederen. Nederland heeft veel bedrijven met hoog opgeleid personeel. 

Slide 19 - Slide

De poort van Europa
Nederland heeft gunstige ligging aan zee en aan de monding van een grote rivier. 
 
In de haven van Rotterdam komen veel goederen aan uit lagelonenlanden. Rotterdam: doorvoerhaven
Een deel van de goederen gaat naar het achterland van de Rotterdamse haven. 
Achterland = het gebied dat goederen uit een haven ontvangt of via die haven uitvoert. 

Slide 20 - Slide

Maken:
Blok 3. Opdracht 16 t/m 21

Slide 21 - Slide