Oefeningen vervoegen werkwoorden en voltooid deelwoord

Oefenen
Zwakke werkwoorden en voltooid deelwoorden (ook sterke werkwoorden)
(schwache Verben, das Partizip)
1 / 17
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 1 min

Items in this lesson

Oefenen
Zwakke werkwoorden en voltooid deelwoorden (ook sterke werkwoorden)
(schwache Verben, das Partizip)

Slide 1 - Slide

... es dir Spaß?
A
mache
B
machst
C
macht
D
machen

Slide 2 - Quiz

Der Junge .... viel ins Ausland.
Juiste vorm van invullen: reisen

Slide 3 - Open question

Ich ....(hebben) Karten für das Konzert ..... (reservieren)

Slide 4 - Open question

Abends .... ich meine E-Mails.
A
schreibe
B
schreibst
C
schreibt
D
schreiben

Slide 5 - Quiz

Ich .... (zijn) im vergangenen Sommer viel .... (schwimmen)

Slide 6 - Open question

..... Sie oft ins Kino (bios)?
A
gehe
B
gehst
C
geht
D
gehen

Slide 7 - Quiz

Wir .... (hebben) ein großes Fest ..... !
Juiste vorm zetten: organisieren

Slide 8 - Open question

Früher .... (hebben) ich einen schönen Kugelschreiber.

Slide 9 - Open question

Voltooid deelwoord van: interpretieren
A
geinterpretiert
B
interpretiert
C
geinterpretieren

Slide 10 - Quiz

Seid ihr heute süß ..... ?
Juiste vorm zetten: sein

Slide 11 - Open question

Wo ..... wir unsere Party?
A
feiere
B
feierst
C
feiert
D
feiern

Slide 12 - Quiz

Lili ..... eine neue Gitarre.
A
kaufe
B
kaufst
C
kauft
D
kaufen

Slide 13 - Quiz

.... (hebben) du schon ein iPad .... ?
Juiste vorm zetten: bestellen

Slide 14 - Open question

Er .... (hebben) das Mädchen gut ..... .
Juiste vorm zetten: beschreiben

Slide 15 - Open question

Wat is de stam van:
segeln

Slide 16 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van:
verlieben

Slide 17 - Open question