Een aanwijzend voornaamwoord (aanw.vnw) wijst
iets of iemand aan. Voorbeeld:
- Die rode mountainbike zou ik eerder kopen dan zo’n groene.
Aanwijzende voornaamwoorden:
deze, die, dit, dat, zulk(e), zo’n, dergelijk(e), zelf, dezelfde, hetzelfde
Tip: dit zijn alle aanw. vnw. Leer ze uit je hoofd.