H3: ww-spelling (en spelling uit blok 1 & 2)

De broertjes waren...........(verdwalen), doordat de vogels de broodkruimels die Klein Duimpje had gestrooid, hadden opgegeten.
A
verdwaald
B
verdwaalt
1 / 29
next
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

De broertjes waren...........(verdwalen), doordat de vogels de broodkruimels die Klein Duimpje had gestrooid, hadden opgegeten.
A
verdwaald
B
verdwaalt

Slide 1 - Quiz

Hoe schrijf je het meervoud van display?
A
displays
B
display's

Slide 2 - Quiz

Schrijf het meervoud op van calorie.

Slide 3 - Open question

Hoe schrijf je het verkleinwoord van bikini?
A
bikinietje
B
bikinitje
C
bikinie'tje
D
bikini'tje

Slide 4 - Quiz

Veel mensen kijken ervan op als een vrouw een vrachtwagen....... (besturen).
A
bestuurde
B
bestuurd
C
bestuurt

Slide 5 - Quiz

De verdachte heeft altijd volgehouden dat hij ten onrechte voor de moord is .....(veroordelen).
A
veroordeelt
B
veroordeeld
C
veroordelend

Slide 6 - Quiz

Welk woord is juist gespeld?
A
Elektriciën
B
Elektricien

Slide 7 - Quiz

Welk woord is juist gespeld?
A
Hbo-er
B
Hbo'er
C
Hboer
D
Hbo er

Slide 8 - Quiz

Hoewel er hard ...(worden) gewerkt, is de aanleg van de metrolijn na drie jaar pas tot de helft ...... (vorderen).
A
werd gevordert
B
wordt gevorderd
C
word bevorderd
D
werd gevorderdt

Slide 9 - Quiz

Schrijf het meervoud op van crisis.

Slide 10 - Open question

Als je op tijd wilt aankomen, ...... (vermijden) je zeker de spits zoveel mogelijk?
A
vermijdt
B
vermijdde
C
vermeed
D
vermijd

Slide 11 - Quiz

Sinds wanneer ......(bekladden) je broer met zijn vriendjes de treinstellen op het rangeerterrein?
A
beklad
B
bekladt

Slide 12 - Quiz

Wordt het volgende juist gespeld?
Bens boek
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quiz

Wordt het volgende juist gespeld?
Max' broodtrommel
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quiz

Wordt het volgende juist gespeld?
Melanie's geld
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quiz

Zodra ik mijn been een beetje .....(belasten), begon de .....(hechten) wond aan mijn voet weer te ........ (bloeden).
A
belast / gehechte / bloeden
B
belaste / gehechten bloede
C
belastte / gehechte / bloeden
D
belaste / gehechte bloede

Slide 16 - Quiz

Zorg ervoor dat je de folders over de tentoonstelling op tijd ........ (versturen).
A
verstuurt
B
verstuurd
C
verstuurdt
D
verstuurde

Slide 17 - Quiz

Als je blijft trainen, dan zul je zien dat je je prestaties nog ...... (verbeteren).
A
verbeterd
B
verbeterde
C
verbeterdt
D
verbetert

Slide 18 - Quiz

Schrijf het meervoud op van café.

Slide 19 - Open question

Schrijf het verkleinwoord op van café.

Slide 20 - Open question

Al onze argumenten werden door de tegenpartij ....................(ontzenuwen).
A
ontzenuwd
B
ontzenuwt
C
geontzenuwd
D
geontzenuwt

Slide 21 - Quiz

De bergbeklimmers verloren hun evenwicht en ....... (storten) in de afgrond.
A
storten
B
stortte
C
stortten
D
gestort

Slide 22 - Quiz

Woordenschat
Blok 1 & 2

Slide 23 - Slide

Wat is de betekenis van 'controversieel'?

Slide 24 - Open question

Wat is de betekenis van 'manipulatie'?

Slide 25 - Open question

Wat is de betekenis van 'liberaliseren'?

Slide 26 - Open question

Wat is de betekenis van 'kakofonie'?

Slide 27 - Open question

Wat is de betekenis van 'seismisch'?

Slide 28 - Open question

Wat is de betekenis van 'innoveren'?

Slide 29 - Open question