2mh - les 3 P1 - werden

   Deutsch!    

2HV
werden en sorry zeggen
1 / 23
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

   Deutsch!    

2HV
werden en sorry zeggen

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Hoe zeg je sorry in het Duits

Slide 3 - Mind map

VERTAAL:
Sara wird morgen 15.

Slide 4 - Open question

VERTAAL:
Werdet ihr diesen Sommer reisen?

Slide 5 - Open question

werden -> betekenis (1)
worden

  • Morgen werde ich 16.
  • Ich will später Lehrerin werden.
  • Mein nächstes Fahrrad wird blau.
  • Ich werde verrückt!

uitleg

Slide 6 - Slide

werden -> betekenis (2)
zullen, gaan ..., van plan zijn

  • Das werde ich nicht machen. 
  • Wir werden dich morgen besuchen. 
  • Thomas wird seine Hausaufgaben machen. 
  • Werdet ihr das Buch noch lesen?
uitleg

Slide 7 - Slide

  • Morgen ga ik je bellen. (van plan zijn -> werden)
  • Morgen ga ik naar oma. (naartoe -> gehen)
  • Gaan we nog afspreken? (zullen -> werden)
  • Gaan we nog? (naartoe -> gehen)

gaan: werden of gehen?
werden: zullen, gaan ..., van plan zijn
gehen: ergens naartoe
uitleg

Slide 8 - Slide

Ali will später Lehrer ...
1/4
uitleg/antwoord
Ali wil leraar worden -> werden
A
werden
B
gehen

Slide 9 - Quiz

Wir ... morgen nach
Deutschland fahren.
2/4
uitleg/antwoord
wij zijn van plan naar Duitsland te rijden -> werden
A
werden
B
gehen

Slide 10 - Quiz

Das ... ich echt nicht
machen!
3/4
uitleg/antwoord
dat zal ik echt niet doen! -> werden
A
werden
B
gehen

Slide 11 - Quiz

Gute Nacht, ich ...
ins Bett!
4/4
uitleg/antwoord
ik ga naar bed (toe) -> gehen
A
werden
B
gehen

Slide 12 - Quiz

Samenvatting
uitzondering:  werden

werden:                                          
ich
du
er, sie, es

wir
ihr
sie, Sie
werde
wirst
wird

werden
werdet
werden
werden heeft 2 betekenissen:
  1. worden
  2. zullen/van plan zijn/gaan ...

Vertalen van gaan:
  • werden = van plan zijn, zullen
  • gehen = ergens naartoe
uitleg

Slide 13 - Slide

Het werkwoord werden
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
wird
wirst
werde
werden
werden
werden

Slide 14 - Drag question

Ik word morgen 14.
Ich ... morgen 14.
1/8
A
werde
B
wirde
C
werd
D
wird

Slide 15 - Quiz

Zullen jullie lief zijn?
... ihr lieb sein?
2/8
A
Wirdet
B
Werd
C
Werdet
D
Werdt

Slide 16 - Quiz

Jij wordt later dierenarts.
Du ... später Tierarzt.
3/8
A
werdest
B
wirst
C
wirdst
D
wirdest

Slide 17 - Quiz

Thomas gaat ons helpen.
Thomas ... uns helfen.
4/8
A
werdet
B
wirst
C
werdest
D
wird

Slide 18 - Quiz

Word jij naar school gebracht?
... du zur Schule gebracht?

Slide 19 - Open question

Ik ga mijn vader helpen.
Ich ... meinem Vater helfen.

Slide 20 - Open question

Maria wordt beroemd.
Maria ... berühmt.

Slide 21 - Open question

Samenvatting
uitzondering:  werden

werden:                                          
ich
du
er, sie, es

wir
ihr
sie, Sie
werde
wirst
wird

werden
werdet
werden
werden heeft 2 betekenissen:
  1. worden
  2. zullen/van plan zijn/gaan ...

Vertalen van gaan:
  • werden = van plan zijn, zullen
  • gehen = ergens naartoe
uitleg

Slide 22 - Slide

an die Arbeit!
maken: 
Schritt 2 & 3

in je boek 
OF 
online (Edition)
Tschüssi
Schönes Wochenende

Slide 23 - Slide