Zorgvragers met psychogeriatrische aandoeningen

Zorgvragers met psychogeriatrische aandoeningen
1 / 38
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Zorgvragers met psychogeriatrische aandoeningen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Overzicht module 
kennismaken VVT - verpleegkunde
Per lesonderwerp staan de leerdoelen op BB.
Ons schema:

We behandelen niet ieder leerdoel in de les. Zorg dat je op de hoogte bent van de leerdoelen en deze voor jezelf kan afvinken.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen (BB)

Je benoemt, legt uit en beargumenteert:
  • welke zorgbehoeften een zorgvrager met dementie kan hebben
  • hoe je aansluit bij deze zorgbehoefte
  • wanneer je welke benaderingswijze toepast en op welke wijze je dit doet
  • wat de symptomen zijn van een delier
  • welke interventies je toepast om een delier te voorkomen of de gevolgen te beperken
  • wat de gevolgen zijn van een delier voor de zorgvrager en zijn naasten
  • benoemen welke gedragsproblemen veel voorkomend zijn bij zorgvragers binnen de VVT.
  • in eigen woorden uitleggen wat hospitalisatie en afhankelijk gedrag bij zorgvragers inhoudt.
  • benoemen welke interventies je kan inzetten in het omgaan met zorgvragers met gedragsproblemen.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

cognitieve stoornis.
wat betekent problemen met uitvoerende functies? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
denken
B
plannen
C
lopen
D
logisch redeneren

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

cognitieve stoornis.
wat betekent agnosie
A
stoornis in uitvoeren van motorische handelingen
B
stoornis in denken
C
niet herkennen van objecten
D
stoornis in de taal

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

cognitieve stoornis.
wat betekent apraxie
A
stoornis in uitvoeren van motorische handelingen
B
stoornis in het denken
C
niet herkennen van objecten
D
stoornis in de taal

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

cognitieve stoornis.
wat betekent afasie?
A
niet herkennen van objecten
B
stoornis in denken
C
stoornis in de taal
D
stoornis in uitvoeren van motorische handelingen

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

4 stadia van dementie

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

bedreigde ik
Fase 1, de bedreigde ik: Proberen het gevoel van angst en onveiligheid te verminderen. Daarnaast beroep doen op vaardigheden die niet achteruit zijn gegaan, de cliënt informeren over de concrete werkelijkheid om hem heen (realiteit oriëntatie).

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

verdwaalde ik
Fase 2, de verdwaalde ik: Houvast bieden, de dagelijkse leefomgeving structureren. Verder zoveel mogelijk aansluiten bij de interesses en behoeften van de cliënt.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

verborgen ik
Fase 3 de verborgen ik: Aanbod aansluiten op de directe zintuiglijke behoeften (warmte, rust, prettige sfeer) en beleving (warm/koud, honger/dorst, pijn) van de cliënt. Verder rustige, prikkelarme leefomgeving creëren.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

verzonken ik
Fase 4 de verzonken ik: Inspelen op de lichamelijke behoeften, lichamelijk contact maken (koesteren), praten (zacht, rustig - de woorden zijn niet belangrijk), prettige zintuiglijke prikkels aanbieden.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Belevingsgerichte benadering
De wensen en mogelijkheden van de zorgvrager staan centraal, je gaat uit van de beleving van de zorgvrager. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden van belevingsgerichte zorg?

Slide 14 - Mind map

Reminiscentie
Validation
Snoezelen
Muziek
Zorg voor omgeving 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

vandaag behandeld
zorgvragers met:
  • dementie
  • depressie
  • delier

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide


- Eerder doorgemaakt delier
- Stress, bv door opname
- Verstoring slaap- waakritme

Welke factoren kunnen het risico op een delier verhogen?

Slide 20 - Open question

- Leeftijd boven 70 jaar
- Al bestaande cognitieve stoornissen of psychiatrische voorgeschiedenis
- Visus- gehoorstoornis
- Stoornis in ADL
- Gebruik alcohol of opioïden
- Gelijktijdig gebruik van meerdere medicijnen
- Verwaarlozing gezondheid
- Eerder doorgemaakt delier
- Stress, bv door opname
- Verstoring slaap- waakritme

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Behandeling Delier
Behandelen van de oorzaak. Bijv. de infectie
Behandelen van de verschijnselen. Bijv. medicatie tegen onrust, waanideeën of angsten
Inschakelen van familie

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Wat doe je als verpleegkundige?
Minimaal 3 interventies (in 1 antwoord)

Slide 23 - Open question

Duidelijke korte zinnen
Bril en/of gehoorapparaat in doen 
Zo min mogelijk dingen als infuus of catheter aanbrengen
Medicatie geven bij onrust en ontstekingen
Aankleden overdag en in de avond pyama aandoen
Noem je eigen naam en zeg wat je komt doen
Vertel en schrijf op welke dag het is en welk tijdstip


Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Lees en maak de opdracht van Mw. vd Put 
Staat op BB bij cursus Kennismaking VVT 
Omgangskunde les 3 - zorgvragers met gedragsproblemen

Slide 27 - Slide

This item has no instructions


Client tegen zorgverlener:
‘Ik krijg altijd om half twee een glas melk en ik krijg nooit tabletten paracetamol, altijd een zetpil.’

Vraag: is hier sprake van hospitalisatie?
A
ja
B
nee

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Is hospitalisatie hetzelfde als afhankelijk gedrag?
A
Ja
B
Nee

Slide 29 - Quiz

Antwoord

Nee, hospitalisatie is niet helemaal hetzelfde als afhankelijk gedrag.
Hospitalisatie is afhankelijk gedrag dat het gevolg is van opname. Afhankelijk gedrag kan ook zonder opname voorkomen.
Verschijnselen van hospitalisatie
  •  Afname van interesse
  • afname van initiatief
  • afhankelijk, onderdanig gedrag
  • apathie
  • afname van belangstelling voor uiterlijk
  • verdwijnen persoonlijke gewoonten
  • verlies individualiteit, geforceerde hulpbehoevendheid
  • vervlakking, weinig sociale contacten
  • absurde aandacht voor details
  • afstomping, niet meer zelf nadenken
  • veranderingen worden afgewezen

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

We komen hospitalisatie vooral tegen bij oudere zorgvragers, omdat hospitalisatie direct samenhangt met langdurige opname. Oudere zorgvragers zijn vaak weinig zelfstandig en kunnen ook het idee hebben dat afhankelijk gedrag beter is. Ze hechten over het algemeen minder waarde aan mondigheid en zelfstandigheid. Ze zijn eerder geneigd zich te schikken.

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Wat houdt apathisch gedrag in?

Slide 32 - Open question

This item has no instructions

Lijdzaam gedrag
Ongeïnteresseerdheid
Vlakke emoties
Passiviteit
Zonder verzet alles over zich heen laten komen.
Geen belangstelling meer voor wat dan ook kunnen opbrengen.
Nergens echt blij van worden, maar ook nergens echt verdrietig.
Niet in beweging komen, hele dag voor zich uit zitten staren.

Slide 33 - Drag question

This item has no instructions

Rol van verpleegkundige
  • 'Helpen'
  • Reageren op tijdsdruk
  • Beroepsblindheid
  • De zorgvrager zien 'als ziekte, of kamernummer' 
  • Regels
  • Geen oog voor cultuurverschillen
  • Dagstructuur
  • Protocollen 

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Slide 35 - Video

This item has no instructions

Rol van de organisatie
Regels, normen en waarden
Systeem en leefwereld
Efficiënt financieel beheer

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Slide 37 - Video

This item has no instructions

Opdracht
Bedenk 3 maatregelen die jij wilt nemen om hospitalisatie te verminderen
Bedenk 3 maatregelen die je wilt invoeren in de organisatie om hospitalisatie te verminderen

Slide 38 - Slide

This item has no instructions