H5: Mening, argument en conclusie

Tekst
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Tekst

Slide 1 - Slide

Leesvaardigheid
Mening, argument en conclusie H5
Les 1

Slide 2 - Slide

Lesdoel
Leesvaardigheid H5: Mening, argument en conclusie
  • Aan het eind van de les heb je geleerd dat wat een mening, argument en conclusie is.
  • Aan het einde van de les heb je geleerd die mening, argumenten en conclusie uit de tekst te halen. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Leesvaardigheid
Mening, argument en conclusie H5

Slide 5 - Slide

Leesvaardigheid
Mening, argumenten en conclusie H5
Standpunt/ mening

  • Een schrijver kan opschrijven wat hij van iets vindt of hoe hij ergens over denkt. Hij geeft dan zijn mening. 
  • Met een mening, ook wel standpunt genoemd, kun je het eens of oneens zijn. 

Slide 6 - Slide

Leesvaardigheid
Mening, argumenten en conclusie H5
Standpunt/ mening

  • Een mening herken je vaak aan signaalwoorden zoals: ik vind, volgens mij, naar mijn mening, mijn opvatting is.

Bijvoorbeeld: 
Ik vind afval scheiden erg belangrijk.

Slide 7 - Slide

Leesvaardigheid
Mening, argumenten en conclusie H5
Argument
Als de schrijver uitlegt waarom hij iets vindt, geeft hij een argument. 

Bijvoorbeeld: 
Ik vind afval scheiden erg belangrijk (mening), want dan weet ik zeker dat ik het milieu daarmee help (argument).

Slide 8 - Slide

Leesvaardigheid
Mening, argumenten en conclusie H5
Argument
Een argument herken je aan signaalwoorden zoals: want, omdat, namelijk, immers.

Slide 9 - Slide

Leesvaardigheid
Mening, argumenten en conclusie H5
Conclusie

Aan het einde van de tekst, als de schrijver alle argumenten heeft gegeven, trekt hij soms een conclusie. De schrijver kan dan kort zijn mening en argumenten herhalen. Een conclusie herken je aan signaalwoorden zoals: dus, concluderend, dat betekent. 

Slide 10 - Slide

Leesvaardigheid
Mening, argumenten en conclusie H5
Conclusie

Bijvoorbeeld:
Uit alles wat ik gezegd heb, blijkt dus dat ik het belangrijk vind om goed voor het milieu te zorgen.

Slide 11 - Slide

Opdracht 1
Lees tekst 2 (blz. 125) en maak opdracht 1

Slide 12 - Slide

Opdracht 1
antwoorden
1 De titel is een mening. Uitleg: ‘gaat geen windeieren leggen’ betekent dat
   er iets gaat gebeuren. De verwachting is dat ….iets oplevert. Dat is een
   mening, want je kunt nog niet controleren of het waar is.

2 Dat je wel degelijk voordeel van iets hebt.

3 Dat hij mede-eigenaar is geworden van een windmolen.

Slide 13 - Slide

Opdracht 1
antwoorden
4 Een periode van voorspoed, gevolgd door een tijd van tegenspoed.
5 want
6 De uitdrukking betekent: ervoor zorgen dat je ergens tegen kunt of geen last van hebt. Hier betekent de uitspraak van Dekker, dat hij er geen last van heeft als er de komende jaren minder zon is, omdat hij als mede-eigenaar van een windmolen een opbrengst heeft die het verlies kan opvangen.

Slide 14 - Slide

Opdracht 1
antwoorden
7 Ik vind dat ik geen stroom van de windmolen hoef te ontvangen, omdat de
    opbrengst van mijn zonnepanelen op jaarbasis al zo'n beetje mijn hele
    stroomverbruik dekt. Ik hoef geen stroom van de windmolen te ontvangen,
    want ik dek met de opbrengst van mijn zonnepanelen mijn hele
    stroomverbruik al af.

8 alinea 5

Slide 15 - Slide

Opdracht 1
antwoorden
9 Hij verwacht dat hij zijn bijdrage binnen 18 jaar heeft terugverdiend en dat hij een rente van vijf procent kan verdienen.
10 ‘draag ik voortaan toch ook bij aan de productie van duurzame energie’
11 ‘dat je hebt bijgedragen aan het vergroenen van ons energiesysteem’

12 dus

Slide 16 - Slide

Huiswerk
Mening, argumenten en conclusie H5
Maak opdracht 2 en 3 (blz. 126 en 127)

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide