Martialis 7.61 (blz. 204)

Martialis 7.61
Domitianus maakt de straten van Rome weer toegankelijk
1 / 18
next
Slide 1: Slide
Klassieke TalenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Martialis 7.61
Domitianus maakt de straten van Rome weer toegankelijk

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Lees regel 1 en 2
regel 1 welke stijlfiguur zie je?

Slide 3 - Open question

regel 1-2
Abstulerat totam temerarius institor urbem
  inque suo nullum limine limen erat.
De brutale winkelier had zich de hele stad toegeëigend,
en geen enkele drempel was/bleef in/binnen zijn grens.

let op de woordvolgorde in r. 1 en het woordspel in r.2

Slide 4 - Slide

regel 2 limine limen
limen betekent drempel of grens
Wat is waar?
A
limen betekent grens, limine betekent drempel
B
limen betekent drempel, limine betekent grens

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

regel 3-4
Iussisti tenues, Germanice, crescere vicos,
 et modo quae fuerat semita, facta via est.

U heeft bevolen, Germanicus, dat de nauwe straten groeiden, en (dat) wat onlangs/zo-even (nog) een (voet)pad was geweest, een weg is geworden. 

Slide 7 - Slide

Wie is Germanicus?

Slide 8 - Open question

r. 3 crescere
Hoe heeft Domitianus de straten laten groeien?
A
In de lengte
B
In de breedte

Slide 9 - Quiz

regel 5-6
Nulla catenatis pila est praecincta lagonis
 nec praetor medio cogitur ire luto,

Geen enkele zuil is omgeven door vastgeketende kruiken, en de praetor wordt niet gedwongen midden door de modder te gaan,

Slide 10 - Slide

regel 5
Hoe onderstreept Martialis hier de inhoud met de woordvolgorde?

Slide 11 - Open question

regel 7-8
stringitur in densa nec caeca novacula turba,
  occupat aut totas nigra popina vias.

en niet wordt er zomaar een onbesuisd mes getrokken in een opeengepakte massa, of bezet de zwarte eettent gehele straten. 

Slide 12 - Slide

r.7 Op welke van de in r.9 genoemde beroepen loopt r. 7 vooruit
A
tonsor
B
copo
C
cocus
D
lanius

Slide 13 - Quiz

r.8 Op welke van de in r.9 genoemde beroepen loopt r. 8 vooruit
A
tonsor
B
copo
C
cocus
D
lanius

Slide 14 - Quiz

regel 5-8
Nulla catenatis pila est praecincta lagonis
 nec praetor medio cogitur ire luto,
stringitur in densa nec caeca novacula turba,
  occupat aut totas nigra popina vias.

Let op de woordvolgorde in al deze regels

Slide 15 - Slide

r.9-10
Tonsor, copo, cocus, lanius sua limina servant.
Nunc Roma est, nuper magna taberna fuit.

Kapper, kroegbaas, kok, slager houden zich aan hun drempels/grenzen. 
 Nu is er Rome, onlangs was het (één) grote winkel.


Slide 16 - Slide

r. 9 Tonsor, copo, cocus, lanius sua limina servant.
Welke betekenis heeft limina hier?
A
grenzen
B
drempels
C
allebei de betekenissen
D
geen van beide betekenissen

Slide 17 - Quiz

r.10 waarom is dit een goede afsluiter van het gedicht?

Slide 18 - Open question