Lowan thema 4 deel 2

Vrijdag 4 oktober 2024
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Vrijdag 4 oktober 2024

Slide 1 - Slide

Pak een leesboekje en ga lezen! We lezen 10 minuten.

Slide 2 - Slide

Wat gaan we vandaag doen? 

  • Lezen
  • Liedje
  • Oefenen met mijn, jouw, zijn, etc.
  • Oefenen met getallen
  • Werken in LOWAN-boekje
  • Praten

Slide 3 - Slide

Liedje
         Luister en vul in.

Slide 4 - Slide

Ik ga met          fiets naar school.
Mario en             broer voetballen.
Volgende week zien we          familie in Oekraïne weer. 
Nina gaat met                 vriendin naar de winkel.
mijn
zijn
onze
haar

Slide 5 - Drag question

Zij hebben een moeder.  
De moeder
Het is _______ moeder. 
mijn
haar
zijn
onze
jouw/ je
ons
jullie
hun

Slide 6 - Drag question

Jij hebt een boek.  
Het boek
Het is _______ boek. 
mijn
haar
zijn
jouw

Slide 7 - Drag question

Ik heb een groene laars.
De laars
Het is _______ groene laars. 
mijn
haar
zijn
jouw

Slide 8 - Drag question

Mijn moeder heeft een bloes.
De bloes
Het is _______ bloes. 
mijn
haar
zijn
jouw

Slide 9 - Drag question

Ik heb een kat.  
De kat
Dit is _______ kat. 
mijn
haar
zijn
jouw

Slide 10 - Drag question

Hij heeft een boot.  
De boot
Dit is _______ boot. 
mijn
haar
zijn
jouw

Slide 11 - Drag question

Jij hebt een neus.  
De neus
Het is _______ neus. 
mijn
haar
zijn
jouw

Slide 12 - Drag question

Mijn vader heeft een boom.  
De boom
Het is _______ boom. 
mijn
haar
zijn
onze
jouw/ je
ons
jullie
hun

Slide 13 - Drag question

Wij hebben een deuk in de auto.
De deuk
De deuk is in  _______ auto. 
mijn
haar
zijn
onze
jouw/ je
ons
jullie
hun

Slide 14 - Drag question

Oefenen met getallen

Slide 15 - Slide

Welk getal is dit? 56
A
vijfenzestig
B
zesenvijftig
C
vijfhonderdzes
D
zesenzestig

Slide 16 - Quiz

Welk getal is dit? 815
A
achthondertien
B
achttien
C
achttienvijf
D
achthonderdvijftien

Slide 17 - Quiz

Welk getal is dit? 308
A
driehonderdachttien
B
drieëntachtig
C
driehonderdacht
D
achtendertig

Slide 18 - Quiz

Welk getal is dit? 1000
A
dauzend
B
thousand
C
duizend
D
een duizend

Slide 19 - Quiz

Oefen nu met je buurman of buurvrouw.

1. Schrijf 5 getallen op van 2 of 3 cijfers.
2. Lees de getallen langzaam en duidelijk voor.
3. Je buurman/vrouw schrijft de getallen op
 in cijfers.  
4. Wissel van rol. 
1. 579
2. 98
3. 782
4. 81
5. 236
voorbeeld

Slide 20 - Slide

Werk verder in je LOWAN-boekje

Slide 21 - Slide

En nu.. oefenen met de woorden!

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide