M2 Week 45 les 2
1 / 24
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Sleep de blauwe vakjes naar de rode.
Wat hoort bij elkaar?
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
die
die
das
der
Slide 2 - Drag question
Slide 3 - Slide
Woorden die eindigen op een "-e" zijn meestal:
A
die
B
das
C
der
D
die (meervoud)
Slide 4 - Quiz
Als wij het lidwoord "het" gebruiken, vertaal je dat in het Duits meestal naar:
A
die
B
das
C
der
D
die (meervoud)
Slide 5 - Quiz
Mannelijke personen krijgen het lidwoord:
A
die
B
das
C
der
D
die (meervoud)
Slide 6 - Quiz
Vrouwelijke dieren krijgen het lidwoord:
A
die
B
das
C
der
D
die (meervoud)
Slide 7 - Quiz
... Mann
A
die
B
das
C
der
Slide 8 - Quiz
... Tante
A
die
B
das
C
der
Slide 9 - Quiz
... Schuhe (mv)
A
die
B
das
C
der
Slide 10 - Quiz
... Bruder
A
ein
B
eine
Slide 11 - Quiz
... Haus (het)
A
ein
B
eine
Slide 12 - Quiz
... Mutter
A
ein
B
eine
Slide 13 - Quiz
... Socken
A
ein
B
eine
C
kein
D
keine
Slide 14 - Quiz
.... Buch
Slide 15 - Open question
.... Katze
Slide 16 - Open question
.... Tier
Slide 17 - Open question
.... Spinne
Slide 18 - Open question
.... Lehrerin (lerares)
Slide 19 - Open question
.... Onkel
Slide 20 - Open question
.... Pferd (paard)
Slide 21 - Open question
.... Spinne
.... Lehrer
.... Schaf
.... Schlaugen
die
das
die (meervoud)
der
Slide 22 - Drag question
Slide 23 - Slide
Huiswerk
