2k b2c 2022 2023 kooktechnieken

Is eten van de grill gezond voor je
A
Nee
B
Ja als je het met maten doet
C
Ja het beste elke dag
1 / 53
next
Slide 1: Quiz
MNMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 53 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Is eten van de grill gezond voor je
A
Nee
B
Ja als je het met maten doet
C
Ja het beste elke dag

Slide 1 - Quiz

Wat kun je allemaal op een grill maken?
A
groente
B
vlees
C
vis
D
ei

Slide 2 - Quiz

In welk tijdperk werd grillen uitgevonden?
A
prehistorie
B
de tijd van nu
C
middeleeuwen

Slide 3 - Quiz

Waar komt grillen oorspronkelijk vandaan?
A
India
B
Spanje
C
Amerika

Slide 4 - Quiz

Wat voor vet heb je nodig voor grilen?
A
olie
B
geen
C
bakvet

Slide 5 - Quiz

Wat is het beste type olie om te gebruiken voor het frituren?
A
Neutraal olie
B
Zonnebloemolie
C
Olijfolie

Slide 6 - Quiz

Hoe weet je wanneer de olie op de juiste temperatuur is voor het frituren?
A
Druppelproef
B
temperatuur voelen
C
tot het bruin is

Slide 7 - Quiz

Waarom is het belangrijk om de olie op de juiste temperatuur te houden tijdens het frituren?
A
zodat er een goede smaak is
B
zodat het niet aan brand
C
om te vorkomen dat het te snel of te langzaam bakt

Slide 8 - Quiz

Wat is het verschil tussen pan frituren en diep frituren?
A
Pan frituren is het bereiden van voedsel door het te bakken in een beperkte hoeveelheid olie die alleen het voedsel bedekt.
B
Diep frituren is het bereiden van voedsel door het onder te dompelen in olie
C
Er is geen verschil tussen pan frituren en diep frituren.

Slide 9 - Quiz

Wat is de beste manier om overtollige olie van gefrituurd voedsel te verwijderen?
A
Plaats het gefrituurde voedsel op papieren zakken om overtollige olie op te nemen.
B
Leg het gefrituurde voedsel op keukenpapier en druk het op om overtollige olie op te nemen.
C
Leg het gefrituurde voedsel op een schone theedoek en laat het overtollige olie opnemen.

Slide 10 - Quiz

Is stomen duur?
A
Ja
B
Nee
C
Het kan duur maar ook goedkoop
D
weet ik niet

Slide 11 - Quiz

Is stomen moeilijk?
A
Ja
B
Nee
C
Voor het eerst wel
D
Weet ik niet

Slide 12 - Quiz

Kun je veel eten stomen?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quiz

is stomen wel gezond?
A
Ja
B
Nee
C
weet ik niet
D
ik denk van wel

Slide 14 - Quiz

Waarin kan je niet pocheren?
A
Water
B
Azijn
C
Wijn
D
Cola

Slide 15 - Quiz

Wat kan je niet pocheren?
A
Snoep
B
eieren
C
fruit
D
vis

Slide 16 - Quiz

op hoevel graden moet je pocheren?
A
80°C
B
90°C
C
120°C
D
200°C

Slide 17 - Quiz

wat is het grootste verschil tussen pocheren en koken?
A
De temperatuur
B
Hoeveelheid vloeistof
C
Andere pannen
D
Hoeveelheid voedsel

Slide 18 - Quiz

waarom kan je niet in een bakpan pocheren  
A
De temeratuur is niet goed
B
Er kan geen water in die pannen
C
Dan word het voedsel niet goed van kleur
D
Voedsel smaakt niet goed

Slide 19 - Quiz

Als je een cake gaat bakken hoe groot moet de bakvorm ongeveer zijn?
A
25 cm
B
35 cm
C
20 cm
D
40 cm

Slide 20 - Quiz

Wat moeten je ingrediënten altijd zijn als je gaat bakken?
A
kamertemperatuur
B
de koelkast
C
in de vriezer
D
in de mix kom

Slide 21 - Quiz

Wat zijn de verschillen tussen een anti aan bak pan of een normale pan?
A
dingen bakken minder snel aan en heeft dikkere bodem
B
dingen bakken bij een antiaanbak pan sneller aan
C
dingen bakken bij een anti aanbak pan niet snel aan en heeft minder dikkere bodem

Slide 22 - Quiz

Wat moet je doen was je een nieuwe pan hebt?
A
inbakken
B
Schoonmaken met zeep
C
met olie insmeren

Slide 23 - Quiz

Van welk matriaal is een koekepan gemaakt?
A
gietijzer
B
heemijzer
C
koper
D
non-heemijzer

Slide 24 - Quiz

Waar doe je het vlees in als je in de oven wilt braden?
A
In een gewone schaal
B
Los in de oven
C
In een braadslede

Slide 25 - Quiz

Op welke temperatuur zet je de oven als je kip wilt garen?
A
Tussen de 125-150 graden
B
Tussen de 150-175 graden
C
Tussen de 140-160 graden

Slide 26 - Quiz

Moet je het vlees laten rusten als het net uit de oven komt?
A
Ja je moet het even op een rooster laten rusten
B
Nee je kan hem gewoon in een keer aansnijden
C
Ja je moet hem op een rooster laten rusten met aluminium folie er omheen.

Slide 27 - Quiz

Is braden voor alles geschikt?
A
Nee, alleen voor vlees
B
Het is voor alles geschikt
C
Nee, het is geschikt voor vlees en sommige groeten

Slide 28 - Quiz

Op welk tempo moet je braden?
A
langzaam op een lage temperatuur
B
Snel op een hoge temperatuur
C
Op een gemiddeld tempo op een gemiddelde temperatuur

Slide 29 - Quiz

wat is koken
A
Koken is het garen van vlees in water dat op smaak wordt gebracht met specerijen
B
eten maken
C
boodschappen doen
D
eten weggooien

Slide 30 - Quiz

waarmee kook je
A
met een pan en gas
B
met alleen gas
C
met een spatel

Slide 31 - Quiz

waar kook je
A
in de badkamer
B
op zolder
C
in de keuken

Slide 32 - Quiz

wat is het leukst aan koken
A
het eten opeten
B
het eten koken
C
het opruimen van het eten

Slide 33 - Quiz

wat is jouw favorieten eten
A
eigen antwoord
B
eigen antwoord
C
eigen antwoord

Slide 34 - Quiz

wat is al dente?
A
pasta wat beetgaar is 
B
een hele lekkere saus
C
pizza

Slide 35 - Quiz

is al dente goed voor je?
A
nee je gaat er iedere dag van kotsen
B
ja je lichaam neemt de koolhydraten op en dat geeft een positief effect op je lichaam
C
nee want het is heel hard 

Slide 36 - Quiz

hoelang duurt het voordat al dente klaar is?
A
30 min 
B
1u 
C
iets korten wat er op de verpakking staat

Slide 37 - Quiz

uit welk land komt al dente
A
Italië
B
Spanje
C
Duitsland

Slide 38 - Quiz

waarom moet al dente niet te lang koken?
A
anders gaat de structuur weg en de smaak ook een beetje
B
anders gaat je pasta breken 
C
anders wordt het water geel

Slide 39 - Quiz

wat zijn de twee belangrijkste dingen om te doen om goed te roerbakken?
A
je groente in kleine stukjes snijden 
B
water in de pan doen
C
je groente in grote brokken snijden

Slide 40 - Quiz

op welke tempratuur kan je goed roerbakken?
A
Tussen de 160 Celsius en 230 Celsius
B
Tussen de 180 Celsius en 310 Celsius
C
tussen de 30 Celsius en de 100 Celsius

Slide 41 - Quiz

waar komt roerbakken vandaan?
A
het komt van een Afrikaanse stad.
B
Het stamt uit de omgeving van de Chinese stad Kanton.
C
het komt uit een sloppenwijk in Brazilië.

Slide 42 - Quiz

wat is roerbakken?
A
oerbakken is een bereiding, waarbij je vlees, vis of groenten op hoog vuur snel gaar is.
B
Roerbakken is een bereiding, waarbij je vlees en vis op laag vuur snel gaar is.
C
roerbakken is een bereiding, waarbij je de vlam in de pan zet om het knapperig te maken.

Slide 43 - Quiz

in wat voor pan moet je roerbakken?
A
je gebruikt ervoor een koekenpan.
B
je roerbakt in een steelpan om het lekker te maken
C
Je bakt in een bolvormige wokpan om goed te kunnen koken.

Slide 44 - Quiz

waarom blancheren mensen
A

Slide 45 - Quiz

Wat doet blancheren?
A

Slide 46 - Quiz

Maakt blancheren je eten lekkerder
A

Slide 47 - Quiz

Hoe blancherje?
A

Slide 48 - Quiz

Is blancheren beter voor je eten
A

Slide 49 - Quiz

Wat kan roosteren?
A
koek
B
. groente
C
snoep
D
chips

Slide 50 - Quiz

hoeveel graden moet het zijn om iets te roosteren
A
200
B
180
C
250 
D
300

Slide 51 - Quiz

Met wat kan je eten roosteren?
A
roosterapparaat
B
BBQ
C
aansteker in het eten doen
D
met koud water

Slide 52 - Quiz

Hoe kan je roosteren?
A
verwarm de oven
B
180 graden warm maken
C
maak het water warm en gooi het daarin
D
doe het in de koelkast 

Slide 53 - Quiz