3 mavo Week 37 Les 2

HERZLICH WILKOMMEN
MAVO 3
1 / 41
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

HERZLICH WILKOMMEN
MAVO 3

Slide 1 - Slide

Liebe Leute, das Programm für heute
  • Seid ihr alle da?
  • Lernziele
  • Was haben wir die erste Stunde gemacht?
  • Grammatik Wiederholung


Slide 2 - Slide

LERNZIELE

  • Ik weet nog wat we vorige les gedaan hebben
  • Ik ken/kan de bezittelijke voornaamwoorden nog
  • Ik heb mijn weekplanner week 37 (bijna) af

Slide 3 - Slide

Welke bezittelijke voornaamwoorden ken je?

Slide 4 - Mind map

Das Possesivpronomen

het bezittelijk voornaamwoord 


                                                   Het bezittelijk voornaamwoord.
              Ken je ze nog?

Slide 5 - Slide

Bezittelijk voornaamwoord 

Slide 6 - Slide

Het bezittelijk voornaamwoord

Slide 7 - Slide

Vertaal naar het Duits

(mijn) _________ Mutter


A
mein
B
meine
C
dein
D
deine

Slide 8 - Quiz

Vertaal naar het Duits

(hun) ________ Bruder


A
eure
B
euer
C
ihr
D
ihre

Slide 9 - Quiz

Vertaal naar het Duits

(haar) ________ Eltern


A
deine
B
dein
C
ihr
D
ihre

Slide 10 - Quiz

Vertaal naar het Duits

(jouw) ________ Buch


A
deine
B
dein
C
ihr
D
ihre

Slide 11 - Quiz

Vertaal naar het Duits

(jouw) ________ Brille


A
deine
B
dein
C
eure
D
euer

Slide 12 - Quiz

Vertaal naar het Duits

(jullie) ________ Haus


A
ihre
B
ihr
C
eure
D
euer

Slide 13 - Quiz

Vertaal naar het Duits:

(haar) Das ist ________ Vater.

Slide 14 - Open question

Vertaal naar het Duits:

(uw) Das ist ________ Jacke.

Slide 15 - Open question

Vertaal naar het Duits:

(zijn) Das ist ________ Schwester.

Slide 16 - Open question

Vertaal naar het Duits:

(mijn) Das ist ________ Klasse.

Slide 17 - Open question

Vertaal naar het Duits:

(jullie) Das sind ________ Bücher (mv).

Slide 18 - Open question

Vertaal naar het Duits:

(ons) Tygo ist ________ Kind.

Slide 19 - Open question

Vertaal naar het Duits:

(jouw) Marieke ist _________ Tochter.

Slide 20 - Open question

Ik weet nog wat we vorige les gedaan hebben
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

Ik kan/ken de bezittelijke voornaamwoorden nog
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll

Ik heb mijn weekplanner (bijna af)
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

An die Arbeit
PLANER WOCHE 37

Online: Brückenschlag "Sich vorstellen"
Buch/Online: Kapitel 1, Aufgaben 2 b.z. 8 (Wortschatz)
Lernen: Seite 48 "de berg" t/m "de zee"

TOT 12:45 UUR: DAN INLOGGEN BIJ LESSONUP

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

ik 
jullie
zij
het
wij
hij
ich
ihr
sie
es
wir
er

Slide 26 - Drag question

Het bepaald en onbepaald lidwoord
der, die und das
De lidwoorden in het Nederlands:
de en het (bepaald) een (onbepaald)
worden in het Duits aangegeven met:
der, die en das
der = mannelijk
die = vrouwelijk
das = onzijdig
De (bepaalde) lidwoorden in het Nederlands de en het (bepaald)
worden in het Duits:    der - die - das

GESLACHT!
der        = na een mannelijk zelfstandig naamwoord (vaak "de")
die         = na een vrouwelijk zelfstandig naamwoord (vaak "de")
das        = na een onzijdig zelfstandig naamwoord (vaak "het")
Het bepaald en onbepaald lidwoord

Slide 27 - Slide

DER + "mannelijke woorden"
mannelijke personen, dieren, beroepen
dagen
maanden
jaargetijden

Slide 28 - Slide

DIE + "vrouwelijke" woorden"
vrouwelijke personen, dieren, beroepen
vaak woorden eindigen op -e
altijd woorden eindigen op: 
-heit -keit -schaft -ung

Slide 29 - Slide

DAS + "onzijdige" woorden"
"het" woorden in het Nederlands 
(PAS OP: niet altijd!!)

Slide 30 - Slide

DIE + meervoud
Meervoudige zelfstandige naamwoorden

ALTIJD DIE

Slide 31 - Slide

.... Bruder
A
der
B
die
C
das

Slide 32 - Quiz

.... Tochter
A
der
B
die
C
das

Slide 33 - Quiz

.... Kuh
A
der
B
die
C
das

Slide 34 - Quiz

.... Mädchen
A
der
B
die
C
das

Slide 35 - Quiz

.... Buch
A
der
B
die
C
das

Slide 36 - Quiz

.... Mutter
A
der
B
die
C
das

Slide 37 - Quiz

.... Sonne
A
der
B
die
C
das

Slide 38 - Quiz

.... Lehrer
A
der
B
die
C
das

Slide 39 - Quiz

.... Land
A
der
B
die
C
das

Slide 40 - Quiz

LERNZIELE


  • Ik weet van alles van mevrouw Verholen (Frau V)
  • Ik kan mezelf nog voorstellen in het Duits
  • Ik weet de lidwoorden in het Duits nog
  • Ik weet de regels voor zelfstandige naamwoorden/geslacht

Slide 41 - Slide