What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Hoofdstuk 1.2 - Ruil
Hoofdstuk 1 - Consumenten
Paragraaf 1.2 - Ruil
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Hoofdstuk 1 - Consumenten
Paragraaf 1.2 - Ruil
Slide 1 - Slide
Planning
Kort herhalen 1.1
Uitleg paragraaf 1.2
Maken paragraaf 1.2
t/m opdracht 8 blz. 14 en 15
Huiswerk voor de volgende les:
paragraaf 1.1 rekenopdracht &
paragraaf 1.2 theorie
Slide 2 - Slide
Herhalen paragraaf 1.1
Slide 3 - Slide
Primaire behoeften zijn ...
A
de noodzakelijke behoeften.
B
de luxe behoeften.
Slide 4 - Quiz
Wat is schaarste?
A
Dat er heel veel van alles is
B
Schaar + ste
C
Een bepaald product is heel zeldzaam
D
Productiemiddelen moeten worden opgeofferd om een product voort te brengen
Slide 5 - Quiz
Er zijn 3 productiefactoren, welk antwoord is geen productiefactor?
A
Natuur
B
Producten
C
Arbeid
D
Kapitaal
Slide 6 - Quiz
Wat is consumeren?
A
Je huiswerk maken
B
Je behoefte vervullen door iets te kopen.
C
Een verzekering afsluiten.
D
Een sprookje vertellen.
Slide 7 - Quiz
Wat zijn vrije goederen?
A
Zeewater, zonlicht, wind
B
Brood, melk, boter
C
Ipad, Iphone, Macbook
Slide 8 - Quiz
Lesdoelen
De leerling kan het verschil tussen directe & indirecte ruil uitleggen
De leerling kan de verschillende soorten geld benoemen
De leerling kan in eigen woorden de verschillende functies van geld verwoorden
De leerling kan in eigen woorden uitleggen wanneer geld fiduciair is
De leerling kan verschillende soorten goederen en diensten benoemen
Slide 9 - Slide
Arbeidsverdeling -
iedereen doet waar die goed in is.
Slide 10 - Slide
Directe ruil en
indirecte ruil
Goederen tegen goederen ruilen =
directe ruil.
Geld tegen een product 'ruilen' =
indirecte ruil.
Directe ruil
Slide 11 - Slide
Geld functies
ruil functie (betalen)
reken functie (vergelijken)
oppot functie (sparen)
Slide 12 - Slide
Giraal geld
Chartaal geld
Slide 13 - Slide
Intrinsieke vs extrinsieke (nominale) waarde
Nominale waarde Intrinsieke waarde
>
Slide 14 - Slide
Snap je het?
Slide 15 - Slide
Directe ruil is:
A
geld tegen een product ruilen
B
een product tegen geld ruilen
C
geld tegen geld ruilen
D
een product tegen een product ruilen
Slide 16 - Quiz
Wat zijn de drie functies van geld?
A
Rekenmiddel, ruilmiddel en spaarmiddel
B
Ruilmiddel, betaalmiddel en spaarmiddel
C
Spaarmiddel, rekenmiddel en oppotmiddel
D
Spaarmiddel, rentemiddel en ruilmiddel
Slide 17 - Quiz
Wat is chartaal geld?
A
munten
B
bankbiljetten
C
munten en bankbiljetten
D
giraal geld
Slide 18 - Quiz
Aan de slag!
Lezen blz. 12 & 13
Maken paragraaf 1.2
t/m opdracht 8 blz. 14 & 15
Huiswerk voor de volgende les:
paragraaf 1.1 rekenopdracht &
paragraaf 1.2 theorie
Slide 19 - Slide
More lessons like this
Betalen
January 2019
- Lesson with
31 slides
by
Economics
Economie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3,4
Economie voor vmbo
3.1 Hoe betaal je?
September 2018
- Lesson with
38 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
Eieren voor je geld
3.1 Hoe betaal je?
October 2018
- Lesson with
40 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Eieren voor je geld
Hoofdstuk 2.1 jij en geld
December 2023
- Lesson with
11 slides
Economie
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
Par 1.2 _ Inkomen en consumptie
September 2019
- Lesson with
20 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
RAVJ 1.2
September 2024
- Lesson with
10 slides
Par 1.2 _ Inkomen en consumptie
August 2020
- Lesson with
20 slides
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
2.1 Waarmee betaal je?
August 2018
- Lesson with
46 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Eieren voor je geld