verwerken interview schrijven + spelling

Welkom!
Nederlands
Mevrouw Knuit, KTI 


timer
1:00
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
Nederlands
Mevrouw Knuit, KTI 


timer
1:00

Slide 1 - Slide

- Instructie spelling + aanhalingstekens 
- Aan de slag 
- Vervolgopdracht 
Planning deze les:

Slide 2 - Slide


- Je weet op welke manieren je je interview kan verwerken in je tekst 
- Je weet andere belangrijke spellingsregels 
- Je weet wat er van je verwacht wordt 


Doel van de les

Slide 3 - Slide

- wie heeft zijn interview gehouden? 

Let op: je gaat deze week aan de slag met het schrijven van je eerste versie. Volgende week maandag ga je een ander feedback geven. 



Check in:

Slide 4 - Slide

Directe rede en indirecte rede
Als je wilt dat je verhaal en je personages meer 'leven' dan moet je gebruik maken van de directe rede. 

Directe rede: 'Ik ben zo moe!' zei ze.  
Indirecte rede: Ze zei dat ze moe was. 

Slide 5 - Slide

(In)directe rede

Directe rede: je schrijft woord voor woord op wat iemand zegt (citaat) - aanhalingstekens


Indirecte rede: je schrijft iemands woorden niet letterlijk op - geen aanhalingstekens

Slide 6 - Slide

  • In de directe rede staat de dubbele punt voor de uitspraak.

  • De uitspraak zelf begint met een hoofdletter.

  • Als de zin begint met de uitspraak, wordt geen dubbele punt, maar een komma geschreven.

Mijn zus zei: "Ik fiets liever naar de sportclub."
"Ik fiets liever naar de sportclub", zei mijn zus.
"Ik fiets liever naar de sportclub!" riep mijn zus. 





Slide 7 - Slide

Let op
 
Soms bestaat een citaat uit verschillende delen.
Beide delen krijgen aanhalingstekens.
• Het eerste deel krijgt aan het einde een komma vóór de sluittekens.
Na het deel dat geen citaat is, komt weer een komma.
• Het tweede deel van het citaat begint niet met een hoofdletter.

"Ik ga slapen," zei mijn broertje, "want ik ben zo moe."

"Ik ga slapen," zei mijn broertje, "want ik ben zo moe."





Slide 8 - Slide

Jouw interview 

> wordt beoordeeld op spelling 

> heeft minimaal 2 citaten (directe rede)

> heeft minimaal 2 verwijzingen (indirecte rede) 

Slide 9 - Slide

Wat:
- Maak de stap van je bouwplan naar de eerste versie van je artikel 
- Let op de citaten + verwijzingen! 

Denk je aan een pakkende titel? (pas bedenken als je klaar bent)

Let op: volgende week maandag heb je je eerste versie van 
je artikel af
Aan de slag:
Citaten in je interview
Een citaat is een stukje tekst wat iemand letterlijk gezegd heeft. Dat zet je ALTIJD tussen "aanhalingstekens". Klik hier voor meer tips.

Slide 10 - Slide

Voor de les:
- Je heb voor de les je interview gehouden

In de les:
- uitwerking interview.
Volgende les:

Slide 11 - Slide

Je interviewt iemand naar keuze,  maar let wel op:

- is het realistisch? (kun je deze persoon ook echt interviewen?)
- heeft deze persoon iets te vertellen wat jou interesseert?
- heeft deze persoon iets te vertellen waar je een redelijk lange tekst over kan schrijven?

(leuke hobby, interessante baan/reizen,
bijzondere ervaring, gek huisdier)
Wie ga je interviewen?

Slide 12 - Slide

Stillezen
timer
10:00

Slide 13 - Slide