V2; Spelling: Leestekens

Welkom

Telefoon in de telefoontas
Benodigdheden op tafel

10 minuten lezen

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom

Telefoon in de telefoontas
Benodigdheden op tafel

10 minuten lezen

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Na de les kan je:
- punten, komma's, puntkomma's en dubbele punten correct gebruiken.
- van alle leestekens benoemen wanneer ze worden gebruikt.

Slide 3 - Slide

Wanneer schrijven we een punt in een zin?
A
Na een zelfstandige, mededelende zin
B
Tussen twee zelfstandige zinnen in
C
Aan het eind van elke zin
D
Na een normale zin

Slide 4 - Quiz

We gebruiken een komma bij ...
A
Lange zinnen die onoverzichtelijk dreigen te worden
B
Samengestelde zinnen tussen de twee persoonsvormen
C
Vòòr maar, nadat, omdat, terwijl, enz.
D
delen van een zin die je niet los kunt uitspreken

Slide 5 - Quiz

Een puntkomma kan gebruikt worden bij ...
A
Twee zinnen die met elkaar te maken hebben
B
Twee zelfstandige zinnen die elkaar aanvullen
C
Twee zelfstandige zinnen die sterk met elkaar samenhangen
D
Tussen zinnen die ongeveer hetzelfde betekenen

Slide 6 - Quiz

Een dubbele punt gebruiken we wanneer ...
A
Twee zelfstandige zinnen samenhangen
B
Er iets uitgelegd gaat worden
C
De tweede zin een toelichting geeft op de eerst zin
D
We voorbeelden gaan noemen

Slide 7 - Quiz


(...) Hoe heet dit leesteken en wanneer wordt het gebruikt?
Extra vraag (Geen leerstof!)
A
Gedachtepuntjes. Lezer moet zelf gedachten aanvullen
B
Onbegripspunten. Als tante de clou weer niet snapt
C
Beletselteken. Geeft een pauze of onderbreking aan
D
Driedubbele punt. Einde van een meervoudige zin.

Slide 8 - Quiz

Alle vragen goed en denk je dat je de stof al beheerst?

Resultaat:  Leestekens leren gebruiken
Hulp:            Lesboek of de docent
Wat:              H1 Spelling: Leestekens
                        Startopdracht + alle opdrachten

Klaar?          Leesboek of vragen aan de docent wat je mag doen

Slide 9 - Slide

Leestekens
We gebruiken leestekens om een tekst beter leesbaar te maken. 
Punt
Komma
Puntkomma
Dubbele punt

Slide 10 - Slide

Punt: 
Punt
Na een zelfstandige, mededelende zin komt een punt:
- We hebben een fijne vakantie gehad(.)

Puntkomma
Wanneer twee zelfstandige zinnen sterk met elkaar samenhangen:
- We hebben een fijne vakantie gehad(;) vooral de eerste weken hebben we ons goed vermaakt.

Slide 11 - Slide

Punt: 
Komma
Bij het samenvoegen van 2 zinnen gebruiken we een komma:
Dit komt vaker voor in langere zinnen, zoals tussen twee persoonsvormen, voor signaalwoorden en als je delen van de zin niet los kunt uitspreken.

- Het is leuk(,) maar ik word er moe van.
- Als we elke dag naar het strand kunnen(,) hebben we geluk.
- We hadden een fijne vakantie(,) die bovendien lekker lang duurde.

Dubbele punt
Bij twee samenhangende zinnen, vormt de tweede zin soms een toelichting bij de eerste zin. De dubbele punt kan deze twee zinnen verbinden:
- We hebben een fijne vakantie gehad(;) we konden elke dag naar het strand.
Dubbele punt kan vervangen worden door (komma + want):
- We hebben een fijne vakantie gehad(, want) we konden elke dag naar het strand.

Slide 12 - Slide

Aan de slag!
Resultaat:  Leestekens leren gebruiken
Hulp:            Lesboek of de docent
Wat:              H1 Spelling: Leestekens
                        Startopdracht + alle opdrachten

Klaar?          Leesboek of vragen aan de docent wat je mag doen
Tip:               Oefenen op cambiumned.nl 

Slide 13 - Slide

Lesdoelen
Je hebt geleerd hoe je:
- punten, komma's, puntkomma's en dubbele punten correct moet gebruiken.
- van alle leestekens moet benoemen wanneer ze worden gebruikt.

Slide 14 - Slide