passé composé met avoir of être

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Passé composé

Welk hulpwerkwoord gebruik je in de passé composé voor 99% ww.

1. être
2. avoir

Welke werkwoorden worden in de passé composé met être vervoegd?

welk werkwoord krijgt in de passé composé het hulpwerkwoord être ?

1. gagner
2. faire
3. aller
4. avoir

welk werkwoord krijgt in de passé composé het hulpwerkwoord être ?

1. adorer
2. attendre
3. perdre
4. tomber

Daisy (partir, passé composé) en France

1. est partie
2. est parti
3. a partie
4. a parti

welk werkwoord krijgt in de passé composé het hulpwerkwoord être ?

1. partir
2. être
3. vendre
4. louer

Elles...
(passé composé)

1. sont parties
2. sont partis
3. sont partie
4. sont partise

Ils (envoyer, passé composé)

1. ont envoyé
2. sont envoyé
3. envoyais
4. envoyait

Verdeel de werkwoorden uit opdarcht 10 en 11 in 2 groepen: 

 1- passé composé met het hulpwerkwoord avoir

2- passé composé met het hulpwerkwoord être

spreekopdracht 12 en 15. 

in groepjes van 3

wissel steeds door van rol.

degenen die niet spreken letten op uitspraak en correcte zinnen.

probeer te varieren.