Maken opdracht 3 en 6 blz. 25-27. Dit is huiswerk.
Maak alle opdrachten in je schrift, want deze woorden moet je gaan leren voor een toets.
Zorg ook dat de antwoorden van opdracht 1, 2 en 4 goed in je schrift staan.
Let op: sla opdracht 5 nog even over!