H3 plaats bijvoeglijk nw

De plaats van het bijvoeglijk nw
Wat weet je na vandaag?
- welke bijvoeglijke naamwoorden er vóór het zelfstandig naamwoord komen.
- welke bijvoeglijke naamwoorden er áchter het zelfstandige naamwoord komen.

DIT STAAT IN BRON D OP BLZ 30 VAN JE TB
1 / 17
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

De plaats van het bijvoeglijk nw
Wat weet je na vandaag?
- welke bijvoeglijke naamwoorden er vóór het zelfstandig naamwoord komen.
- welke bijvoeglijke naamwoorden er áchter het zelfstandige naamwoord komen.

DIT STAAT IN BRON D OP BLZ 30 VAN JE TB

Slide 1 - Slide

Bijvoeglijke nw die vóór het zelfstandig nw staan.
poco/a
weinig/beetje
Tengo pocos amigos.
medio/a
halve
Quiero medio kilo de patatas
otro/a
nog een/een andere
¿Quieres otra coca cola?
mucho/a
veel
Tenemos muchos libros.
demasiado/a
te veel
Tienes demasiada ropa. 

Slide 2 - Slide

Bijvoeglijke nw die áchter het zelfst nw staan.

Alle overige bijvoeglijke naamwoorden die GEEN hoeveelheid aangeven komen áchter het zelfst nw. 
Las casas bonitas, las playas grandes etc.
LET OP: muy  is GEEN bijvoeglijk nw, dit is een bijwoord.
Es un chico muy guapo. Muy zegt iets over guapo en niet over un chico.

Slide 3 - Slide

Opdracht 13 pagina 98
1. En las rebajas hay......en las tiendas.
A
mucha gente
B
gente mucha

Slide 4 - Quiz

2. Mis padres viven en una______
A
blanca casa
B
casa blanca

Slide 5 - Quiz

3. No tengo_______dinero____para comprar ropa.
A
mucho dinero
B
dinero mucho

Slide 6 - Quiz

4. He comprado______kilo______de naranjas.
A
medio kilo
B
kilo medio

Slide 7 - Quiz

5. Los______vaqueros______siempre están de moda.
A
azules vaqueros
B
vaqueros azules

Slide 8 - Quiz

6. Paco lleva unas_____gafas______.
A
gafas modernas
B
modernas gafas

Slide 9 - Quiz

Opdr 13B. 1
1. Tenemos las zapatillas en (andere)_____colores______.

Slide 10 - Open question

Opdr 13b. 2
Siempre lleva mucha (sportieve)_______ropa_______.

Slide 11 - Open question

Opdr 13b.
3. Tengo ( te veel)__pantalones________.

Slide 12 - Open question

13B.4. Tenemos (veel)___deberes____para mañana.

Slide 13 - Open question

13B.5. Jorge tiene (weinig)___amigas_____de Holanda.

Slide 14 - Open question

13B.6. En la tienda nueva, he comprado una (goedkoop)______camiseta_______.

Slide 15 - Open question

Opdr 13C

Bekijk in tweetallen per zin wat het onderwerp is en onderstreep deze. Aan de hand daarvan beslis je of je otro, otra, otros of otras gebruikt. 
Jullie krijgen hier 1 minuut de tijd voor!
timer
1:00

Slide 16 - Slide

We gaan nu verder met...
  • samen luisteren naar opdracht 11B (p.96)
  • maak opdr 8 en 9 af
  • maak opdracht 12abc
Klaar? Kom bij mij een woordzoeker halen!

Slide 17 - Slide