3.1.3.

Blok 3 - Week 1 - Les 3
Dictee
Bepaling van plaats
Uitleg werkboek blz. 38
1 / 18
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 8

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Blok 3 - Week 1 - Les 3
Dictee
Bepaling van plaats
Uitleg werkboek blz. 38

Slide 1 - Slide

Dictee

Slide 2 - Open question

Dictee

Slide 3 - Open question

Dictee

Slide 4 - Open question

Dictee

Slide 5 - Open question

Dictee

Slide 6 - Open question

Dictee

Slide 7 - Open question

'Jordy, naar welke drie musea ben jij geweest?' vraagt Kevin.
voorzetsel
A
naar
B
welke
C
ben
D
jij

Slide 8 - Quiz

'Jordy, naar welke drie musea ben jij geweest?' vraagt Kevin.
voltooid deelwoord
A
Jordy
B
drie
C
ben
D
geweest

Slide 9 - Quiz

'Wat is jouw lievelingsmuseum, Kevin?' vraagt Jordy.
onderwerp
A
jouw
B
jouw lievelingsmuseum
C
Kevin
D
Jordy

Slide 10 - Quiz

'Kijk! Buiten zie ik ook kunst: graffiti op de stenen muren, levende standbeelden en prachtige gebouwen,' zegt Jordy.
stoffelijk bijv. nw.
A
buiten
B
stenen
C
levende
D
prachtige

Slide 11 - Quiz

'Kijk! Buiten zie ik ook kunst: graffiti op de stenen muren, levende standbeelden en prachtige gebouwen,' zegt Jordy.
bijvoeglijk nw.
A
buiten
B
stenen
C
levende
D
prachtige

Slide 12 - Quiz

Bepaling van plaats
De bepaling van plaats geeft informatie over de plaats.

Je vindt de bepaling van plaats door te vragen:

Waar + werkwoordelijk gezegde + onderwerp (+ lijdend voorwerp)

Slide 13 - Slide

Bepaling van plaats
Zara woont in Amsterdam.

Waar woont Zara?

bepaling van plaats = in Amsterdam

Slide 14 - Slide

Bepaling van plaats
Ze slaapt op zolder

Waar + werkwoordelijk gezegde + onderwerp (+ lijdend voorwerp)?

bepaling van plaats = ?

Slide 15 - Slide

Achter het huis is een kleine binnenplaats gekomen.
A
Achter
B
Achter het huis
C
een kleine binnenplaats

Slide 16 - Quiz

Ik zie Zara's fiets tegen een lantaarnpaal staan.

Slide 17 - Open question

Slide 18 - Link