Unit 1, lesson 1 (3) LRN

1 / 21
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Today
  1. StudyGo
  2. Rewind: past simple
  3. Practise 
  4. (Home)work
  5. Looking back

Slide 2 - Slide


Aan het einde van deze les..

  1. .. weet je wat bevestigende, ontkennende en vragende zinnen zijn.
  2. .. kun je de past simple op de juiste manier gebruiken. 
  3. .. kun je 2 dingen benoemen die je hebt geleerd

Slide 3 - Slide

timer
5:00

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Past simple & 
Please, take out your notebook

Slide 6 - Slide

Afgelopen dinsdag: 

  • He played a match on Saturday.
  • She worked at a snackbar during the summerholiday.


  • Queen Elizabeth died on September 8th.
  • Verstappen became second in the race last Sunday. 



  • played (1) & worked (2) --> regelmatige werkwoorden.
  • died (3) & became (4) --> onregelmatige werkwoorden

Slide 7 - Slide

3 soorten zinnen..
       bevestigend                     ontkennend                      vragend
+
-
?

Slide 8 - Slide




  • He played a match on Sunday.
  • He didn't play a match on Sunday. 

  • She worked at a snackbar.
  • She didn't work at a snackbar. 

  • Verstappen became second.
  • Verstappen didn't become second.



  • He played a match on Sunday.
  • Did he play a match on Sunday?

  • She worked at a snackbar.
  • Did she work at a snackbar?

  • Verstappen became second.
  • Did Verstappen become second?


Ontkennend maken
Vragend maken

Slide 9 - Slide

Neem over in je schrift:
In een ontkennende zin...
..gebruik je ALTIJD didn't + hele werkwoord
Let op! De -ed achter het werkwoord verdwijnt!
--> He didn't play a match on Sunday.

In een vragende zin...
.. begin je ALTIJD met did
.. daarna komt het onderwerp (wie of wat)
.. daarna gebruik je het hele werkwoord

Ontkennend maken
Vragend maken

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Maak ontkennend (-):
She had a nightmare last night.

Slide 12 - Open question

Maak vragend (?):
She had a nightmare last night.

Slide 13 - Open question

Maak ontkennend (-):
She woke up panicking.

Slide 14 - Open question

Maak vragend (?):
She woke up panicking.

Slide 15 - Open question

Maak ontkennend (-):
She thought someone was in her room.

Slide 16 - Open question

Maak vragend (?):
She thought someone was in her room.

Slide 17 - Open question

Geef een voorbeeld van een onregelmatig werkwoord..

Slide 18 - Open question

Geef een voorbeeld van een regelmatig werkwoord..

Slide 19 - Open question

5. (Home)work


Monday, September 2nd:
Maken:
  • Exc. 9, 10 (p.13/14)
  • Unit 1, lesson 1: practise more (online)

Leren
  • words lesson 1 (p.157)

  • Voor jezelf
  • In stilte
  • Tijd tot afsluiting van de les.
  • Muziek mag
  • Klaar? Dan leren via StudyGo (linkje in Classroom)

Slide 20 - Slide

Looking back:
Noem 2 dingen die je deze les hebt geleerd.

Slide 21 - Open question