PM 2 les 3: Conserveren en kwaliteitscontroles

PM 2 les 3: 

Conserveren en kwaliteitscontroles
1 / 21
next
Slide 1: Slide
Profiel groenMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 200 min

Items in this lesson

PM 2 les 3: 

Conserveren en kwaliteitscontroles

Slide 1 - Slide

Op welke manieren kan voedsel bederven/minder van kwaliteit worden?
vul zoveel mogelijk redenen in.

Slide 2 - Open question

Soorten bederf
Micro – biologisch bederf: door bacteriën, schimmels en gisten
Enzymatisch bederf: door enzymen in het voedsel zelf die het
                                                       voedsel verkleuren (b.v. bruinkleuring) en de smaak veranderen
Chemisch bederf: door bestrijdingsmiddelen, schoonmaakmiddelen
Mechanisch bederf: door pletten, breken b.v. tijdens transport en opslag
Andere verontreinigingen : door zand, steentjes, stukjes glas, ijzer en vraat door muizen en insecten.


Conserveren = het langer houdbaar maken van producten



Slide 3 - Slide

Levensvoorwaarden
Voedsel
Vocht
Juiste pH (zuurtegraad)
Zuurstof
Juiste temperatuur
Geen giftige stoffen
een niet te hoge concentratie aan opgeloste stoffen (suiker en zout)

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Welke werking hebben conserveermiddelen op micro-organismen?
A
ze maken het product dikker en steviger
B
ze verbeteren de kleur van het product wat micro-organismen prettig vinden
C
ze remmen de groei van micro-organismen
D
ze zorgen ervoor dat water en vet goed mengen zodat m.o. goed kunnen groeien

Slide 6 - Quiz

Bij welke temperatuur vermenigvuldigen de meeste micro-organismen zich snel?

Slide 7 - Open question

Welke levensvoorwaarde wordt het meest beïnvloed met deze conserveermethode?
vocht
juiste pH
zuurstof
temperatuur
verzuren
koelen
drogen
vacuüm verpakken
pasteuriseren

Slide 8 - Drag question

Sleep de controles naar de juiste soort controle
Ingangs
controle
Tussen
controle
Eind
controle
houdbaarheid controleren
temperatuur binnengekomen vlees controleren
refractie appelmoes meten
organoleptische keuring
pasteurisatie temperatuur controleren

Slide 9 - Drag question

pH-waarde
Door de pH-waarde (zuurtegraad) te verlagen of te verhogen zal de groei van micro-organismen geremd worden.

De meeste micro-organismen groeien het beste bij een pH-waarde tussen de 6 en de 8.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Sleep de producten naar de juiste pH-waarde

Slide 12 - Drag question

Refractometer

Slide 13 - Slide

Wat kun je meten met een refractometer?
A
pH-waarde
B
Zoutgehalte
C
Aantal kilocalorieën
D
Suikergehalte

Slide 14 - Quiz

Praktijkopdracht
Ananasbroodjes
Jam
Boter

Vul tussendoor de vragen in het boekje in en voer alle bepalingen uit.

Slide 15 - Slide

Voeg foto's van je ingevulde pagina's van de praktijkopdracht toe

Slide 16 - Open question

Opruimen
Ruim je werkplek helemaal op.
Controleer je alle pannen in je keukenkastje en zet ze op de juiste plaats.
Maak een foto van je schone pannen en juist ingericht keukenkastje en voeg deze toe aan de volgende slide.

Slide 17 - Slide

Maak een foto van je schone pannen en juist ingericht keukenkastje.

Slide 18 - Open question

Maak de opdracht voorraadbeheer in je boekje (staat als laatste opdracht bij deze les) maak hiervan een foto en voeg deze toe.

Slide 19 - Open question

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 20 - Open question

Hoe vond je deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll