What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
§10.5 zijden en hoeken berekenen
§10.5 zijden en hoeken berekenen
Woensdag 29-05-2024
klas 3 kader
1 / 43
next
Slide 1:
Slide
Wiskunde
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
This lesson contains
43 slides
, with
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
§10.5 zijden en hoeken berekenen
Woensdag 29-05-2024
klas 3 kader
Slide 1 - Slide
Wat gaan we vandaag doen?
1. Beginnen met §10.5
2. Huiswerk maken
3. Pauze
4. Werkblad/ alles bijwerken
Slide 2 - Slide
Zijden en hoeken berekenen
- We weten hoe we zijden berekenen (Pythagoras of 10.4)
- We weten hoe we hoeken berekenen ( sin, cos , tan)
nu gaan we ze samen gebruiken
Slide 3 - Slide
Stappenplan
1. Moet je een hoek berekenen?
Slide 4 - Slide
Stappenplan
1. Moet je een hoek berekenen?
Ja -> gebruik dan sin/cos/ tan
Slide 5 - Slide
Stappenplan
1. Moet je een hoek berekenen?
Ja -> gebruik dan sin/cos/ tan
Nee -> ga naar vraag 2.
Slide 6 - Slide
Stappenplan
1. Moet je een hoek berekenen?
Ja -> gebruik dan sin/cos/ tan
Nee -> ga naar vraag 2.
2. Weet je al een hoek?
Slide 7 - Slide
Stappenplan
1. Moet je een hoek berekenen?
Ja -> gebruik dan sin/cos/ tan
Nee -> ga naar vraag 2.
2. Weet je al een hoek?
Ja -> gebruik dan sin/cos/ tan
Slide 8 - Slide
Stappenplan
1. Moet je een hoek berekenen?
Ja -> gebruik dan sin/cos/ tan
Nee -> ga naar vraag 2.
2. Weet je al een hoek?
Ja -> gebruik dan sin/cos/ tan
Nee -> gebruik dan de stelling van Pythagoras
Slide 9 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
Slide 10 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
a. bereken ∠K
Slide 11 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
a. bereken ∠K
Slide 12 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
a. bereken ∠K
Slide 13 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
a. bereken ∠K
Vraag 1 = ja dus, sin/cos/tan
Slide 14 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
a. bereken ∠K
vanuit ∠K heb je een
o
verstaande zijde en een
a
anliggende zijde, dus je gebruikt?
SOS-CAS-TOA
Slide 15 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
a. bereken ∠K
vanuit ∠K heb je een
o
verstaande zijde en een
a
anliggende zijde, dus je gebruikt?
tan (TOA)
SOS-CAS-TOA
Slide 16 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
a. bereken ∠K
tan
∠
K
=
K
L
L
M
SOS-CAS-TOA
Slide 17 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
a. bereken ∠K
tan
∠
K
=
2
.
1
4
tan
∠
K
=
K
L
L
M
SOS-CAS-TOA
Slide 18 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
a. bereken ∠K
tan
∠
K
=
2
.
1
4
∠
K
=
tan
1
(
2
.
1
4
)
tan
∠
K
=
K
L
L
M
SOS-CAS-TOA
Slide 19 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
a. bereken ∠K
tan
∠
K
=
2
.
1
4
∠
K
=
tan
1
(
2
.
1
4
)
∠
K
=
6
2
,
3
0
.
.
tan
∠
K
=
K
L
L
M
SOS-CAS-TOA
Slide 20 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
a. bereken ∠K
dus
tan
∠
K
=
2
.
1
4
∠
K
=
tan
1
(
2
.
1
4
)
∠
K
=
6
2
,
3
0
.
.
tan
∠
K
=
K
L
L
M
∠
K
=
6
2
°
SOS-CAS-TOA
Slide 21 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
b. bereken KM
Slide 22 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
b. bereken KM
Slide 23 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
b. bereken KM
Vraag 1 = nee
Vraag 2 = ja dus,
sin/cos/tan
Slide 24 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
b. bereken KM
dus we gaan sin/cos/tan gebruiken vanuit ∠K
Slide 25 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
b. bereken KM
Je hebt een
o
verstaande zijde LM en
een
s
chuine zijde KM, dus je gebruikt?
SOS-CAS-TOA
Slide 26 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
b. bereken KM
Je hebt een
o
verstaande zijde LM en
een
s
chuine zijde KM, dus je gebruikt?
Sin (SOS)
SOS-CAS-TOA
Slide 27 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
b. bereken KM
sin
∠
K
=
K
M
L
M
SOS-CAS-TOA
Slide 28 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
b. bereken KM
sin
∠
K
=
K
M
L
M
sin
∠
6
2
°
=
K
M
4
3
=
2
6
SOS-CAS-TOA
Slide 29 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
b. bereken KM
sin
∠
K
=
K
M
L
M
sin
∠
6
2
°
=
K
M
4
3
=
?
6
SOS-CAS-TOA
Slide 30 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
b. bereken KM
sin
∠
K
=
K
M
L
M
sin
∠
6
2
°
=
K
M
4
K
M
=
4
:
sin
∠
6
2
°
3
=
?
6
SOS-CAS-TOA
Slide 31 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
b. bereken KM
sin
∠
K
=
K
M
L
M
sin
∠
6
2
°
=
K
M
4
K
M
=
4
:
sin
∠
6
2
°
=
4
,
5
3
.
.
K
M
=
4
,
5
c
m
SOS-CAS-TOA
Slide 32 - Slide
Voorbeeld opgave
Van een ΔKLM is ∠L = 90º, KL = 2,1 cm en LM = 4 cm
b. bereken KM
of je gebruikt vraag 2: nee
en gebruikt de stelling van Pythagoras
SOS-CAS-TOA
Slide 33 - Slide
1. Voorbeelden bespreken
Vraag b: bereken DF
Welke zijde hebben we vanuit ∠D?
DE = schuine zijde en
DF = aanliggende zijde
dus je gebruikt?
Slide 34 - Slide
1. Voorbeelden bespreken
Vraag b: bereken DF
Welke zijde hebben we vanuit ∠D?
DE =
s
chuine zijde en
DF =
a
anliggende zijde
dus je gebruikt de
cos (CAS)
SOS-C
AS
-TOA
Slide 35 - Slide
1. Voorbeelden bespreken
Vraag b: bereken DF
S
OS
-CAS-TOA
cos
∠
D
=
D
E
D
F
Slide 36 - Slide
1. Voorbeelden bespreken
Vraag b: bereken DF
S
OS
-CAS-TOA
cos
∠
D
=
D
E
D
F
cos
∠
3
5
°
=
5
2
D
F
Slide 37 - Slide
1. Voorbeelden bespreken
Vraag b: bereken DF
S
OS
-CAS-TOA
cos
∠
D
=
D
E
D
F
cos
∠
3
5
°
=
5
2
D
F
3
=
2
6
D
F
=
Slide 38 - Slide
1. Voorbeelden bespreken
Vraag b: bereken DF
S
OS
-CAS-TOA
cos
∠
D
=
D
E
D
F
cos
∠
3
5
°
=
5
2
D
F
3
=
2
?
D
F
=
Slide 39 - Slide
1. Voorbeelden bespreken
Vraag b: bereken DF
S
OS
-CAS-TOA
cos
∠
D
=
D
E
D
F
cos
∠
3
5
°
=
5
2
D
F
D
F
=
5
2
⋅
cos
∠
3
5
°
Slide 40 - Slide
1. Voorbeelden bespreken
Vraag b: bereken DF
S
OS
-CAS-TOA
cos
∠
D
=
D
E
D
F
cos
∠
3
5
°
=
5
2
D
F
D
F
=
5
2
⋅
cos
∠
3
5
°
D
F
=
5
2
⋅
cos
∠
3
5
°
=
4
2
,
5
9
5
.
.
Slide 41 - Slide
1. Voorbeelden bespreken
Vraag b: bereken DF
S
OS
-CAS-TOA
cos
∠
D
=
D
E
D
F
cos
∠
3
5
°
=
5
2
D
F
D
F
=
5
2
⋅
cos
∠
3
5
°
D
F
=
5
2
⋅
cos
∠
3
5
°
=
4
2
,
5
9
5
.
.
D
F
=
4
2
,
6
m
m
Slide 42 - Slide
Aan de slag
huiswerk:
maken van opgaven
44 t/m 57
Ben je klaar?
kijk je huiswerk na!
Slide 43 - Slide
More lessons like this
3GT8-§10.5 zijden en hoeken berekenen
May 2023
- Lesson with
33 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
§10.4 Zijden berekenen met goniometrie
June 2024
- Lesson with
28 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
H7.4B
April 2024
- Lesson with
35 slides
Wiskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
§10.3 Hoeken berekenen met sinus, cosinus en tangens
June 2024
- Lesson with
37 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
3kgt H10.4 Zijden berekenen met goniometrie
June 2024
- Lesson with
29 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 3
23.2 Sinus en cosinus
March 2021
- Lesson with
12 slides
Wiskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
4kgt H3.3 + 3.5 Hoeken/zijden berekenen in een driehoek
November 2022
- Lesson with
32 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 4
3GT8- §10.5.2 Zijden en hoeken berekenen
May 2023
- Lesson with
23 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3