Pijn BB4E-APA1

Pijn BB4E-APA1
1 / 11
next
Slide 1: Slide
Beroepsgerichte vakken apothekersassistentMBOStudiejaar 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Pijn BB4E-APA1

Slide 1 - Slide

Welke neurotransmitter is belangrijk bij doorgeven van pijnprikkel?
A
Adrenaline
B
Dopamine
C
Prostaglandine
D
Serotonine

Slide 2 - Quiz

Kiespijn is een voorbeeld van acute pijn
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

Bij chronische pijn moet een patient zonodig een pijnstiller gebruiken
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

Welke werking hoort niet bij paracetamol
A
Analgetisch
B
Antiflogistisch
C
Antipyretisch

Slide 5 - Quiz

Diclofenac zetpillen hebben maagklachten als bijwerking
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

Oxycodon heeft een 2x zo sterke werking als morfine
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

Fentanyl neusspray is een voorbeeld van
A
LAO
B
SAO
C
ROO

Slide 8 - Quiz

Diabetes is een contra-indicatie voor gebruik van NSAIDs
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quiz

Welke vorm van anesthesie is de verdoving bij het trekken van een kies?
A
Epidurale anesthesie
B
Geleidingsanesthesie
C
Infiltratieanesthesie
D
Oppervlakteanesthesie

Slide 10 - Quiz

Uit welke 2 delen bestaat het centrale zenuwstelsel?
A
Hersenen en ruggenmerg
B
Hersenstam en ruggenmerg
C
Hersenen en hersenstam

Slide 11 - Quiz