laatste les h2C

Hola H2C
1 / 20
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Hola H2C

Slide 1 - Slide

¿Hay preguntas?

Slide 2 - Slide

La planificación
- cinco minutos: empezar
- Quince minutos: vragenlijst
- Quince minutos: Vocabulario
- Veinte minutos: Repasa
- Quince minutos: fiesta

Slide 3 - Slide

Vragenlijst
1. Lees de voorkant van de formulieren goed.
2. Vul de vragenlijst (volledig anoniem) in over mevrouw Kouwenhoven.
3. Hier krijgen jullie 15 minuten voor

Slide 4 - Slide

Vocabulario
- De komende 15  minuten gaan jullie in tweetallen (met je buurman/vrouw) elkaar overhoren met het vocabulaire 6.1 t/m 6.5.

- Dit kan met de vragenlijst, met de blooket, kahoot etc.

Slide 5 - Slide

Repasa en grupos
- We gaan een quiz houden in groepjes. 
- Voor iedere vraag krijg je 30 seconde de tijd. 
- overleg goed en probeer de meeste punten te winnen. 

Slide 6 - Slide

Hoe maak je de "futuro inmediato"?
A
stam + é, ás, á, emos, éis, án
B
heel werkwoord + é, ás, á, emos, éis, án
C
ir + a + heel werkwoord
D
tener + que + heel werkwoord

Slide 7 - Quiz

presente perfecto

Nosotros.............ser............. buenos estudiantes.
Presente perfecto
A
somos
B
habéis sido
C
hemos sido
D
hemos sado

Slide 8 - Quiz

ir, tú
A
va
B
vais
C
van
D
vas

Slide 9 - Quiz

Ir, nosotros
A
Vas
B
Vamos
C
Váis
D
Van

Slide 10 - Quiz

IR
Kies de juiste vervoeging
Yo (Ir)________
A
vay
B
voy
C
vo
D
va

Slide 11 - Quiz

Wat is een voorbeeld van de perfecto?
A
trabajo
B
he trabajado
C
trabajé
D
estoy trabajando

Slide 12 - Quiz

Wat is ook alweer de
Presente Perfecto?
A
Toekomst
B
Voltooide tijd
C
Verleden tijd
D
Tegenwoordige tijd

Slide 13 - Quiz

Ir, ella
A
Voy
B
Vas
C
Van
D
Va

Slide 14 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Spanje?
A
Barcelona
B
Madrid
C
Sevilla
D
Málaga

Slide 15 - Quiz

Spanje heeft een.....
A
dicatator (het is een dictatuur)
B
keizer (het is een keizerrijk)
C
koning (het is een koninkrijk)
D
president (het is een republiek)

Slide 16 - Quiz

Wat hoort niet bij Spanje?
A
B
C
D

Slide 17 - Quiz

IR
Kies de juiste vervoeging
Él (Ir)________
A
ves
B
vas
C
ve
D
va

Slide 18 - Quiz

IR
Kies de juiste vervoeging
Vosotros (Ir)________
A
veis
B
vamos
C
vemos
D
vais

Slide 19 - Quiz

Fiesta!
¡Muchas gracias por este año!

Slide 20 - Slide