Geriatrische cliënt (ouderwordende cliënt)

Geriatrische cliënt (ouderwordende cliënt)
1 / 18
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1-3

This lesson contains 18 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Geriatrische cliënt (ouderwordende cliënt)

Slide 1 - Slide

Aanvraag workshop
Geriatrie: Typische klachten en hoe hierbij te ondersteunen

Slide 2 - Slide

Het verouderingsproces begint bij elke cliënt op een ander moment en verloopt bij iedere cliënt ook anders. De term ‘ouder wordende cliënten’ geeft aan dat cliënten met verstandelijke beperkingen in een andere levensfase komen met specifieke veranderingen en karakteristieken.

Slide 3 - Slide

Op alle levensgebieden zijn ouder wordende cliënten extra kwetsbaar. Zo hebben ze eerder en meer kans op gezondheidsproblemen en op eenzaamheid. Het goed inspelen op deze kwetsbaarheid door passende ondersteuning en zorg is cruciaal voor de kwaliteit van leven.


Slide 4 - Slide

Start van ouderdomsverschijnselen
De start van de ouderdomsverschijnselen hangt samen met de leeftijd in combinatie met de aard en ernst van de beperkingen. Gemiddeld is dat bij iemand met matige verstandelijke beperkingen vanaf 50 jaar. Voor mensen met het downsyndroom en mensen met (zeer) ernstige verstandelijke beperkingen vanaf 40 jaar. Bij mensen met lichte verstandelijke beperkingen rond de leeftijd van 65.

Slide 5 - Slide

Wat zie je bij je cliënt?

Slide 6 - Mind map

Slide 7 - Video

Dementie
Sneller geïrriteerd zijn, of ineens niet meer naar vaste activiteiten willen, zich steeds meer terugtrekken, passiever worden, of steeds vaker moeite hebben met ADL-taken. Dit zijn voorbeelden van gedragingen die kunnen wijzen op (beginnende) dementie bij mensen met een verstandelijke beperking. Zie of herken jij deze signalen ook in de praktijk? Het signaleren en vaststellen van (mogelijke) dementie bij mensen met een verstandelijke beperking is belangrijk, omdat dat richting geeft aan de ondersteuning.


Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Link

Valrisico
Meneer Jonker vindt het heerlijk om ’s middags een ommetje te maken. Dat was tot voor kort nooit een probleem. Maar afgelopen maand is hij al twee keer gevallen, gelukkig zonder al te veel schade. Bij de ondersteuningsplanbespreking is aan de orde gekomen of het nog wel vertrouwd is dat hij zelfstandig gaat wandelen. De broer van meneer vindt dat het echter zo’n vaart niet loopt, zijn zorgcoördinator twijfelt erg. Zijn er manieren om het valrisico van een cliënt te bepalen?

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Link

Incontinentie
Bij sommige mensen raakt het patroon van plassen en ontlasten (poepen) verstoord. Ze kunnen bijvoorbeeld hun urine en/of ontlasting niet ophouden. In Nederland hebben zo’n 1 miljoen mensen last van ongewild verlies van urine of ontlasting, ofwel incontinentie.

Slide 13 - Slide

Continentie problemen
Ongewild verlies van urine of ontlasting heet incontinentie.
Wel willen plassen, maar niet kunnen heet retentie.
Een verstopping van de darmen heet obstipatie. De ontlasting
(poep) is dan vaak te hard.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Link

Casus oudere cliënt
Mevrouw Abdil (73) heeft matige verstandelijke beperkingen. Zij woont al jaren in een aanleunwoning bij het huis van haar broer. Tweemaal per week krijgt zij begeleiding van een zorgprofessional. Sinds ongeveer een half jaar is het duidelijk dat mevrouw dementeert. Zij wil ‘nóóit meer weg’ uit haar huis. Ook haar broer wil graag dat zij daar blijft wonen. Hij vraagt zich wel af of het huis nog veilig en overzichtelijk is voor zijn zus. En hoe hij dan haar en zijn huis zou moet aanpassen. Hij vraagt de zorgprofessional om advies. Zij weet ook niet 1-2-3 een antwoord. 

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link

Vragen, opmerkingen en feedback

Slide 18 - Slide