This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 80 min
Items in this lesson
H5 & 6 Voeding, vertering en energie
Deze les:
Herhaling §5.2 Energie vrijmaken
§5.3 Voedsel door micro-organismen
Heel veel oefenen
Slide 1 - Slide
Vul in:
.......... + zuurstof --> Energie + water+ koolstofdioxide
A
melkzuur
B
fotosynthese
C
verbranding
D
glucose
Slide 2 - Quiz
Wat moet er op de stipjes staan om de reactie kloppend te maken?C6H12O6 + .. O2 -> .. CO2 + .. H2O
A
12
B
6
C
3
D
4
Slide 3 - Quiz
Aerobe dissimilatie betekent
A
afbraak
B
afbraak met zuurstof
C
afbraak zonder zuurstof
D
opbouw met zuurstof
Slide 4 - Quiz
A
aerobe dissimilatie van vetzuren
B
anaerobe dissimilatie van aminozuren
C
melkzuurgisting
Slide 5 - Quiz
Wat levert het meeste ATP op wanneer 1 glucose-molecuul wordt verbrand?
A
Melkzuurgisting
B
Aerobe dissimilatie
C
Anaerobe dissimilatie
D
Alcoholgisting
Slide 6 - Quiz
Dus... welke vorm van dissimilatie gebruikt de meeste glucose moleculen om een bepaalde hoeveelheid energie (ATP) te produceren?
A
Anaerobe dissimilatie
B
Aerobe dissimilatie
Slide 7 - Quiz
Waar komt bij deze sporten de energie vandaan?
100 meter sprint
een marathon
1000 meter schaatsen
Vooral de ATP en CP voorraad in de spieren
Vooral anaerobe dissimilatie van glucose
Vooral aerobe dissimilatie van glucose
Slide 8 - Drag question
Enkele bestanddelen van het voedsel van de mens zijn: eiwitten, koolhydraten en vetten. Welke van deze voedselbestanddelen kunnen stoffen leveren die zowel bij de assimilatie als bij de dissimilatie in cellen worden gebruikt?
A
eiwitten, koolhydraten en vetten
B
alleen eiwitten en vetten
C
alleen koolhydraten en vetten
D
alleen eiwitten en koolhydraten
Slide 9 - Quiz
In spieren van de mens vinden onder andere de volgende stofwisselingsprocessen plaats: 1 opbouw van eiwitten uit aminozuren, 2 vorming van melkzuur uit glucose, 3 vorming van glycogeen uit glucose, 4 vorming van CO2 en H2O uit glucose en O2. Bij welk of bij welke van deze processen komt energie vrij die kan worden gebruikt voor het samentrekken van de spieren?
A
alleen bij proces 3
B
bij de processen 1 en 3
C
alleen bij proces 4
D
bij de processen 2 en 4
Slide 10 - Quiz
Noteer de vergelijking van de aerobe dissimilatie
Slide 11 - Open question
Dissimilatie
Anaerobe (zonder zuurstof) --> melkzuurgisting
Aerobe (met zuurstof)
Slide 12 - Slide
§5.3 Leerdoelen
Je vergelijkt in een reactievergelijking de melkzuurgisting en alcoholische gisting
Je herkent alcoholische gisting en melkzuurgisting in verschillende situaties
Check Classroom voor een tabel met leerdoelen, begrippen en binastabellen!
Slide 13 - Slide
Klassieke biotechnologie
=> Gebruik maken van micro-organismen bij voedselbereiding:
Melkzuurgisting
Alcoholgisting
Slide 14 - Slide
Melkzuurgisting
Door bacteriën
Bacteriën zetten lactose (melksuiker) om in melkzuur.
Melkzuur verlaagt de pH (zuur).
Anaerobe dissimilatie
Slide 15 - Slide
Bij melkzuurgisting ontstaat:
A
Melkzuur, ATP, Koolstofdioxide
B
Melkzuur, ATP
C
Melkzuur, ethanol, koolstofdioxide
D
Melkzuur, koolstofdioxide
Slide 16 - Quiz
Aan de slag!
Zelfstandig leren/bestuderen van alcoholgisting:
Lees de tekst van §5.3 aandachtig door
Maak alle opdrachten van §5.3
Straks herhalende uitleg :)
Slide 17 - Slide
Welk voedsel kan gemaakt worden met behulp van schimmels?
A
Wijn, kaas en bier
B
Brood, cola en kaas
C
Paddenstoelen, ham en pizzadeeg
D
Gist, chips en patat
Slide 18 - Quiz
Anaerobe microbiële omzettingen worden ook wel fermenteren genoemd.
Dit treedt ook op in de natuur. Zie volgend filmpje
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Video
Alcoholgisting
Via eencellige gistcellen
Glucose => ethanol (alcohol) + koolstofdioxide + ATP.
Anaeroob proces
Slide 21 - Slide
Welke organismen maken gebruik van alcoholgisting?
A
Melkzuurbacterien
B
Eencellige gisten
C
Meercellige gisten
Slide 22 - Quiz
Wijn wordt gemaakt door druivensap te laten gisten. Het alcoholpercentage dat bereikt kan worden is maximaal 14 %. Waarom niet hoger?
Slide 23 - Open question
Welke ingrediënten heb je nodig om brood te bakken?
Slide 24 - Open question
Brood
Om brood te bakken heb je niet veel nodig. In ieder geval gist. Kijk het filmpje om te kijken hoe brood bakken in het groot plaatsvindt.
Slide 25 - Slide
Hoe zorgt gist voor de gaatjes in brood?
A
Door een deel van het deeg weg te eten
B
Door in het deeg belletjes O2 te maken
C
Door in het deeg belletjes CO2 te maken
D
Door in het deeg lucht te blazen van buiten
Slide 26 - Quiz
Om bier, wijn en brood te maken kan je gebruik maken van bakkersgist. Toch zit er geen alcohol in brood. Hoe kan dat?
Slide 27 - Open question
Iemand heeft zelf aardbeienjam gemaakt. Na een paar maanden opent hij een pot jam. Bij het openen van de pot komt er wat gas vrij. De jam ruikt naar alcohol. Welke omzetting heeft in deze pot jam plaatsgevonden?
A
dissimilatie van glucose met zuurstof waarbij alcohol en CO2 ziin ontstaan
B
dissimilatie van glucose zonder zuurstof waarbij alcohol en O2 zijn ontstaan
C
dissimilatie van glucose zonder zuurstof waarbij alcohol en CO2 zijn ontstaan
D
geen van deze antwoorden
Slide 28 - Quiz
Van melk wordt yoghurt gemaakt. Neemt de hoeveelheid energierijke stoffen toe of af? en waarom?
A
Toe, omdat de bacteriën glucose omzetten in melkzuur
B
Af, omdat de bacteriën glucose stoffen omzetten in melkzuur