5. Woche Schritt I und J

Gruppen für heute
1 / 17
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Gruppen für heute

Slide 1 - Slide

4. Woche: Schritt I und J
Leerwerk (planning):
Je zou nu moeten kennen: 

Redemittel blz. 73, 74, 75: Begrüßen t/m Sprechen über öffentliche Verkehrsmittel
Wörterliste blz. 76, 77: 1 t/m 'daar'



Slide 2 - Slide

Schritt I - In der Stadtmitte
Wie umschreibe ich den Weg? 
Lernziele: 
- Ich kann in einer Stadt den Weg fragen. 
- Ich kann, mit der Hilfe einer Karte, jemandem den Weg erklären. 

Slide 3 - Slide

Baustein - Aufgabe A

Slide 4 - Slide

                  Baustein - B
Hört das Gespräch zwischen Maria und die Touristeninformationen an. 

Beantworte danach die Fragen und mache ein Plan für Maria. 
Was gibt es in Bremen zu sehen? Kombiniere auch Text mit Bild.
Maria in Bremen

Slide 5 - Slide

Selbständig arbeiten
Schritt I Baustein 
Fertig?
Wahlaufgaben = I.1, I.2, I.3 und I.4

LET OP! Leerwerk: eind deze week moet je kennen:
alle Redemittel en woorden (maandag taaldorp)

Slide 6 - Slide

4. Woche: Schritt I und J
Herzlich Willkommen!



Slide 7 - Slide

Schritt J - Sprachstadt vorbereiten
  • Video "Mehrsprachig aufwachsen" 


  • Alles fertig? (Schritt A bis J Bausteine + Wahlaufgaben)  

Slide 8 - Slide

7

Slide 9 - Video

00:48
"Mehrsprachig aufwachsen"

Wat betekent dat?
A
Meerdere talen leren
B
Een taal kennen
C
Met meerdere talen opgroeien
D
Met één taal opgroeien

Slide 10 - Quiz

01:52
Wanneer gebruikt Flora liever Portugees dan Duits?

Slide 11 - Open question

04:25
"Zu Hause versus draußen"

Wat betekent draußen?
A
Binnen
B
Buiten
C
Thuis
D
Druiven

Slide 12 - Quiz

05:06
Hoe zeg je "Eet smakelijk" in het Duits?

Slide 13 - Open question

05:35
"..., die ich mehr schätzen kann."

Wat betekent dit werkwoord?
A
Inschatten
B
Aanbevelen
C
Schaken
D
Waarderen

Slide 14 - Quiz

07:00
Wat zijn de voordelen van het opgroeien met meerdere talen?

Slide 15 - Open question

08:55
"Seid stolz"

Wat betekent dit?
A
Weest trots
B
Wees behoedzaam
C
Wees stoer
D
Wees gelukkig

Slide 16 - Quiz

Selbständig arbeiten
Schritt A bis J (bausteine, checks und wahlaufgaben)
und
STEMPELN!! 

Slide 17 - Slide