Wat is het verschil tussen primaire en secundaire geslachtskenmerken?
1 / 36
next
Slide 1: Open question
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavo, havoLeerjaar 2
This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes.
Items in this lesson
Wat is het verschil tussen primaire en secundaire geslachtskenmerken?
Slide 1 - Open question
Is een groeispurt een voorbeeld van een secundair geslachtskenmerk?
A
Ja
B
Nee
Slide 2 - Quiz
In welke leeftijdsfase komt een groeispurt voor?
A
Babyfase
B
Puberteit
C
Volwassen
D
Babyfase en puberteit
Slide 3 - Quiz
De hypofyse wordt de belangrijkste hormoonklier genoemd. Leg uit waarom.
Slide 4 - Open question
Welke kenmerken worden door de hypofyse veroorzaakt.
A
Primaire geslachtskenmerken
B
Secundaire geslachtskenmerken
Slide 5 - Quiz
Welke organen reageren op de groeihormonen van de hypofyse?
A
Teelballen en Eierstokken (secundaire geslachtskenmerken)
B
Hersenen
C
Huid (strekzones)
D
Uiteinden van botten (groeischijven)
Slide 6 - Quiz
Hoe noemen we de veranderingen typisch voor jongens en meisjes die pas ontstaan in de puberteit?
Slide 7 - Open question
Noem drie voorbeelden van mannelijke secundaire geslachtskenmerken.
Slide 8 - Open question
Wat is een goed voorbeeld van waarden?
A
Ik verraad mijn vrienden niet
B
Trouw zijn is belangrijk
C
Beleefd zijn is belangrijk
D
Ik scheld mensen die ik niet ken gewoon uit als ik ze dom vind
Slide 9 - Quiz
Als je van elkaar houdt heb je dan een relatie? En als je collega’s hebt?
Slide 10 - Open question
Een homoseksuele relatie kan alleen onder twee mannen. Klopt dit? Waarom wel of niet.
Slide 11 - Open question
Hoe heet onderdeel 2?
Slide 12 - Open question
In welk onderdeel vindt innesteling plaats?
A
nummer 5
B
nummer 6
C
nummer 7
D
nummer 8
Slide 13 - Quiz
In welk onderdeel vindt bevruchting van een eicel plaats?
A
nummer 5
B
nummer 6
C
nummer 7
D
nummer 8
Slide 14 - Quiz
Dit gedeelte is gevoelig voor prikkels.
A
nummer 13
B
nummer 14
C
nummer 15
D
nummer 12
Slide 15 - Quiz
Welke twee nummers zijn de schaamlippen van een vrouw.
A
nummer 13/14
B
nummer 14/15
C
nummer 15/12
D
nummer 12/13
Slide 16 - Quiz
Wanneer zijn een jongen en meisje vruchtbaar?
Slide 17 - Open question
In welk onderdeel worden zaadcellen gemaakt?
A
nummer 12
B
nummer 13
C
nummer 11
D
nummer 9
Slide 18 - Quiz
Hoe heet onderdeel 15?
A
Zaadblaasje
B
Zaadleider
C
Urineleider
D
Urinebuis
Slide 19 - Quiz
Dit onderdeel zorgt voor een erectie.
A
nummer 7
B
nummer 8
C
nummer 10
D
nummer 6
Slide 20 - Quiz
Dit gedeelte is gevoelig voor prikkels.
A
nummer 7
B
nummer 8
C
nummer 10
D
nummer 6
Slide 21 - Quiz
Welke twee nummers maken zaadvocht?
A
nummer 3 & 5
B
nummer 3 & 4
C
nummer 5 & 2
D
nummer 15 & 3
Slide 22 - Quiz
Op welke dag van de menstruatiecyclus vindt de eisprong ongeveer plaats.
Slide 23 - Open question
Welk onderdeel van het vrouwelijk voortplantingsstelsel wordt doorgeknipt bij sterilisatie?
Slide 24 - Open question
Waar staan de letters voor in SOA?
Slide 25 - Open question
Kun je een persoon met HIV gewoon een hand geven of loop je dan risico om een soa op te lopen? Leg uit waarom wel of niet?
Slide 26 - Open question
In de puberteit krijgen jongens een groeispurt. Wat gebeurt er bij een groeispurt?
Zet de zinnen in de juiste volgorde. Schrijf alleen de nummers op.
1
2
3
4
5
De cellen van de botten ontvangen de boodschap.
De hypofyse maakt veel groeihormoon.
Kraakbeencellen gaan zich delen.
Het bloed vervoert het groeihormoon naar alle delen van het lichaam.
Er vindt celgroei plaats.
Slide 27 - Drag question
Veel mannen die geen kinderen meer willen verwekken kiezen ervoor om zich te laten steriliseren. Waaruit bestaat sperma van een man die gesteriliseerd is?
Slide 28 - Open question
Miranda valt op jongens en op meisjes. Hoe heet zo’n relatie?
Slide 29 - Open question
Wat gebeurt er bij bevruchting met de eicel en de zaadcel?
Slide 30 - Open question
Bij de geslachtsgemeenschap kunnen miljoenen zaadcellen vrijkomen die allemaal door de baarmoeder van de vrouw proberen te zwemmen om een eicel te bevruchten. Waardoor kan toch maar één zaadcel de eicel bevruchten. Schrijf op.
Slide 31 - Open question
Bij de bevalling vindt de ontsluiting plaats. Wat gebeurt er tijdens de ontsluiting?
A
Hierbij gaat de baarmoedermond open.
B
Hierbij wordt het kind naar buiten geduwd.
C
Hierbij wordt de moederkoek naar buiten geduwd.
D
Hierbij sluit de navelsteng de baarmoedermond af.
Slide 32 - Quiz
Je geslacht wordt bepaald door de geslachtsorganen waarmee je geboren wordt (man of vrouw.) Er zijn ook mensen waarbij er ergens in de ontwikkeling (vaak voor de geboorte) iets niet helemaal gaat zoals 'normaal', waardoor zij een lichaam hebben wat een combinatie is tussen een man en vrouw. Dit noem je...
A
Non-binar
B
Intersekse
C
Transman
D
Transvrouw
Slide 33 - Quiz
Net zoals met geslacht, zijn er ook mensen die zich qua gender tussen man en vrouw in voelen, dit noem je...
A
Non-binar
B
Intersekse
C
Transman
D
Transvrouw
Slide 34 - Quiz
Iemand die geboren is met mannelijke geslachtsorganen maar liever als vrouw door het leven gaat is een....
A
Non-binar
B
Intersekse
C
Transman
D
Transvrouw
Slide 35 - Quiz
Wanneer je seksueel getinte berichtjes, foto’s of filmpjes stuurt, ontvangt of deelt via social media, noem je dit ....