03 Toets verkeersveiligheid

• Verkeersopleidingen
• Beroepsopleiding

Wat is de voornaamste taak van een schokdemper?

1. Het opvangen van de veerbeweging.
2. Ervoor zorgen dat er voortdurend contact is tussen band en wegdek.
3. Zorgen voor comfortabel weggedrag.

Wat is juist?

1. Rijden tijdens de overgang van dag naar nacht is gevaarlijk, vooral omdat bestuurders dan geen of de verkeerde verlichting voeren.
2. De ogen van een mens passen zich goed aan bij wisselende omstandigheden.
3. Mensen die alcohol hebben gedronken, hebben meer last van tunnelvrees.

Wat is een veilige maximale rijsnelheid op de autosnelweg om aquaplaning
te voorkomen?

1. 70 km per uur.
2. 80 km per uur.
3. 90 km per uur.

Bij welke verkeersmanoeuvres vinden de meeste ongevallen plaats?

1. Inhalen, van richting veranderen, voorrang verlenen.
2. Wegrijden, voorrang verlenen, keren.
3. Inhalen, wegrijden, van richting veranderen.

Als de snelheid wordt verdubbeld, zal de remweg...?

1. Verdubbelen.
2. Verviervoudigen.
3. Verzesvoudigen.

Hoe wordt de afstand genoemd die ligt tussen het waarnemen en het
daadwerkelijk remmen?

1. De reactieafstand.
2. De remweg.
3. De stopafstand.

De reactieafstand plus de remweg noemen we...?

1. De persoonlijke reactietijd.
2. De totale stopafstand.
3. De volgafstand.

Wat is de functie van de passieve veiligheden die in of op het voertuig
worden toegepast?

1. De kans te verkleinen bij een ongeval betrokken te raken.
2. Bij een ongeval de inzittenden zoveel mogelijk te beschermen.
3. Inzittenden te beschermen en een ongeval vermijden.

Wat is rijzicht?

1. De afstand waarover de bestuurder de weg kan overzien.
2. De afstand waarover de bestuurder kan inhalen.
3. De afstand waarover de bestuurder kan stoppen.

De belangrijkste stuurmethodes zijn...?

1. Doorgeefmethode en de kwart voor drie methode.
2. Tien voor twee methode en de overpakmethode.
3. Doorgeefmethode en de overpakmethode.

Wat is juist?

1. Een grotere wielbasis vermindert het kanteleffect.
2. Een korte wielbasis verhoogd de stabiliteit in de rijrichting.
3. Een lange wielbasis verhoogd de stabiliteit in de rijrichting.

Waar ligt het zwaartepunt bij een auto met onderstuurd karakter?

1. Midden in de auto.
2. Voor in de auto.
3. Achter in de auto.

Door wat kan de ligging van het zwaartepunt van een voertuig worden beïnvloed?

1. Lading, passagiers, imperiaal.
2. Onderstuur- en overstuurkarakter.
3. Neutraal gestuurd karakter.

Wat is uit oogpunt van veiligheid de minimale profieldiepte van een
winterband?

1. 1,6 mm.
2. 2,0 mm.
3. 4,0 mm.

Inhaalzicht is?

1. Het zicht dat u heeft, nadat u bent begonnen met inhalen.
2. Het zicht dat u heeft in uw spiegels om weer naar rechts te gaan op een veilige manier.
3. Het zicht dat noodzakelijk is om veilig te kunnen inhalen.

U ziet witte reflectoren voor u terwijl u een bocht maakt.
In welke richting gaat deze bocht?

1. U maakt een bocht naar links.
2. U maakt een bocht naar rechts.
3. U maakt een gecombineerde bocht naar links en rechts.

U ziet hier een adviessnelheid. Wanneer is deze snelheid van toepassing?

1. Alleen bij ideale weersomstandigheden.
2. Bij alle weersomstandigheden.
3. Bij slechte weersomstandigheden.