4. Intensief lezen
- Je leest de hele tekst precies en geconcentreerd door.
- Woorden die je niet kent, zoek je op in het woordenboek.
Toepassen:
Als je de tekst helemaal goed moet begrijpen of als je iets heel goed moet weten.
Voorbeeld:
Een recept, de theorieteksen in je lesboek, een uitnodiging