Fictie & Poëzie les 4: extra oefeningen beeldspraak en stijlfiguren

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Nederlands
Fictie & poëzie

Les 4: extra oefenen

beeldspraak en stijlfiguren

VWO 3
 

Extra oefeningen Beeldspraak en stijlfiguren

Noteer de juiste vorm van de beeldspraak/stijlfiguur. Kies uit:
•    Metafoor, metonymia, personificatie, vergelijking (met als)
•    Pleonasme, tautologie, understatement, eufemisme, paradox, tegenstelling, ironie, sarcasme, hyperbool, herhaling, retorische vraag

Schrijven is de kunst van het schrappen.

Deze voorstelling is voor jong en oud.

Ik had een twee voor het proefwerk, ik had dus wel een paar foutjes gemaakt.

Tijdens het onderzoek vonden ze inderdaad het dode lijk van de vermiste.

Heb jij deze winter de ijzers nog onder gebonden?

Mijn oma is echt een engel: ze staat altijd voor me klaar.

Het hondje leek na de regenbui wel een kluwen wol!

De Derde Wereld komt er nog steeds bekaaid van af.

De toekomst lacht ons toe.

Bij de vierde sprong ging het averechts verkeerd.

Eenzaam en verlaten zat hij zijn drankje op het terras op te drinken.

’s Lands grootste kruidenier gaat op de kleintjes letten.

We hebben onze hond laten inslapen.

Je moet het ijzer smeden als het heet is.

Soms zijn je vrienden een groter gevaar dan je vijanden.

Hij riep, schreeuwde, brulde het uit van de pijn.

Washington heeft de volgende maand een gesprek met Moskou.

Het examen was een fluitje van een cent.

Die nutteloze verspilling van water moet eens een keer ophouden.

Het riet fluisterde zachtjes haar naam.

De schaatsster haalde op het laatste moment de uiterste limiet voor de Olympische Spelen.

De directeur van Unicef heeft een leuk salarisje.

De kippen werden na de uitbraak van het besmettelijk virus geruimd.

Mijn oude fiets smeekt om een grondige opknapbeurt.

Marieke werd zo rood als een biet toen zij de beurt kreeg.

Nick vist naar een complimentje als hij zegt dat hij enorm zijn best doet.

Die Range Rover Sport SUV lust wel een beetje benzine.

De Duitsers waren in 1940 in ons land niet welkom.

Ik sta echt al tien jaar op je te wachten!

Het peloton bereikte de voet van de berg.

Hij vroeg de ouders de hand van hun dochter

Haar koude ogen zeiden me genoeg.

Gisteren hebben we opa naar zijn laatste rustplaats gebracht.

‘Ik doe dat wel even’, zei de man toen hij het brandende huis in rende om zijn kinderen te redden.

Gerrit heeft vannacht ongewenst bezoek gehad …

Die akelige dictator is een onvriendelijk mannetje.

Ze lachten zich dood om die grap van de cabaretier.

De voetbalhuldiging liep een beetje uit de hand: negentig doden.

Einde les