für of vor GSN

Wortschatz Training

A1 bis B1

1 / 14

Slide 1: Slide

DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with text slides.

Lesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Wortschatz Training

A1 bis B1

Slide 1 - Slide

für of vor

Slide 2 - Slide

für of vor

für = bestemd voor

Slide 3 - Slide

für of vor

für = bestemd voor

Ich mache alles für dich!

Slide 4 - Slide

für of vor

für = bestemd voor

Er bleibt für eine Woche

Slide 5 - Slide

für of vor

für = bestemd voor

= ergens vóór zijn

Slide 6 - Slide

für of vor

für = bestemd voor

= ergens vóór zijn

Ich bin für Dortmund!

Slide 7 - Slide

für of vor

vor = [tijd: klok] voor

Slide 8 - Slide

für of vor

vor = [tijd: klok] voor

Slide 9 - Slide

für of vor

vor = [tijd: klok] voor

= [tijd] geleden

Slide 10 - Slide

für of vor

vor = [tijd: klok] voor

= [tijd] geleden

Vor vier Wochen war die Welt noch ganz anders!

Slide 11 - Slide

für of vor

vor = [tijd: klok] voor

= [tijd] geleden

= [plaats] zich voor iets
bevinden

Slide 12 - Slide

für of vor

vor = [tijd: klok] voor

= [tijd] geleden

= [plaats] zich voor iets

bevinden

Der Baum steht vor dem Haus.

Slide 13 - Slide

Gegensätze

für <=> gegen

vor <=> nach [Zeit]

vor <=> hinter [Ort]

Slide 14 - Slide

für of vor GSN

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

More lessons like this

F22 - für of vor

4VWO - 002 - Donnerstag 16. April

De Voorzetsels naar, door & voor in het Duits

'voor' vertalen in het Duits

18-05 5V Kapitel 4 Grammatik B B

'voor' vertalen in het Duits

'voor' vertalen in het Duits

Betekenis van voorzetsels