Context 'Laatste stap wortelknol vorming is opgehelderd' Examen 2011 tijdvak II
1 / 43
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5
This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Context 'Laatste stap wortelknol vorming is opgehelderd' Examen 2011 tijdvak II
Slide 1 - Slide
newsroom.nvon.nl
Slide 2 - Link
vraag 24
A
An-> An
B
An-> Or
C
Or-> An
D
Or->Or
Slide 3 - Quiz
vraag 25
A
aminozuren
B
cellulose
C
glucose
D
vetzuren
Slide 4 - Quiz
26 Waardoor is het voor de klaverplant nadelig om te veel wortelknolbacteriën binnen te laten?
Slide 5 - Open question
27 Leg uit waardoor de stikstofbalans door het bedrijven van akkerbouw verstoord raakt.
Slide 6 - Open question
27 Leg uit welke rol de vlinderbloemigen spelen in de stikstofbalans
Slide 7 - Open question
27 en leg uit hoe door het onderploegen van vlinderbloemigen de stikstofbalans weer hersteld wordt.
Slide 8 - Open question
Context 'De Biobag' Examen 2016 tijdvak I
Slide 9 - Slide
newsroom.nvon.nl
Slide 10 - Link
32 Waarom worden in de biobag anaerobe en geen aerobe bacterien gebruikt?
Slide 11 - Open question
33 Geef een ecologisch belang voor het behoud van het oerwoud
Slide 12 - Open question
34 Waarom ontstaat er in de biobag ammonium en geen nitriet of nitraat?
Slide 13 - Open question
35 Welk van de volgende producten moet aan een biobag worden toegevoegd als er verhoudingsgewijs teveel stikstof aanwezig is
hint: welk product bevat vooral koolhydraten
A
kadavers
B
slachtafval
C
stro
D
urine
Slide 14 - Quiz
37 Noteer een andere reden waarom het gebruik van de biobag duurzaam is
Slide 15 - Open question
Geef een omschrijving van het versterkt broeikaseffect. (broeikaseffect =, + oorzaak versterkt)
Slide 16 - Open question
Eindexamen 2017 tijdvak I
Eutrofiering- stikstofkringloop
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
newsroom.nvon.nl
Slide 19 - Link
37 Verklaar waardoor het water na enige tijd troebeler wordt als de concentratie mineralen toeneemt.
Slide 20 - Open question
38 Leg uit waardoor troebel water de groei van zeegras remt
Slide 21 - Open question
39 Waarom neemt door eutrofiëring de biodiversiteit in een ecosysteem af. Geef twee redenen.
voor meer info lees vraag 39 in het examen!
Slide 22 - Open question
De CO2 boerderij
Slide 23 - Slide
Vul het correcte woord in voor de nummers 1 t/m 5
Slide 24 - Slide
2 Het product dat bij nummer 3 moet worden weergegeven, hoe zal dit in de koe worden vastgelegd (in welke vorm)?
Slide 25 - Open question
3 Noem minstens drie argumenten die aangeven dat deze boerderij een duurzaam systeem is.
Slide 26 - Open question
4 Welke bacteriën zullen ammoniak (afkomstig uit de stallen) kunnen omzetten in een bruikbaar product in deze kringloop. Welk product zat dit voornamelijk zijn?
Slide 27 - Open question
5 Welke organismen zijn betrokken bij vergisting? Hoe wordt dit proces ook wel genoemd?
Slide 28 - Open question
vraag 44 (4V) voor de productie van biobrandstof is het gebruik van restafval duurzamer dan het gebruik van olie uit gekweekte planten. Leg uit
Slide 29 - Open question
47 (4V) Sinds het cambrium is een groot deel van het CO2 uit de lucht verdwenen. Waar is de koolstof gebleven?
Slide 30 - Open question
49 (4V) Leg uit hoe de ecologische hoofdstructuur meehelpt om de biodiversiteit in Nederland te vergroten
Slide 31 - Open question
Noem een ecologisch en evolutionair nadeel van versnippering.